Hoe mummificeerden de oude Egyptenaren hun doden? Een chemische analyse biedt nieuwe inzichten in de receptuur van de balsem, waarvoor zelfs ingrediënten uit het tropisch regenwoud nodig waren.
Beeld: Impressie van een balseming. Credit: Nikola Nevenov
De oude Egyptenaren balsemden hun doden met verschillende stoffen zodat de lichamen beter bewaard bleven. Volgens hun geloof was dat een vereiste om toegang te krijgen tot het hiernamaals.
Enkele jaren geleden werd op de site van het Egyptische Saqqara een unieke verzameling aardewerk van de 26ste Dynastie (664-525 v.Chr.) gevonden in een balsemwerkplaats, een plek waar de oude Egyptenaren hun doden mummificeerden. De aardewerken potjes bevatten de stoffen die gebruikt werden om de lichamen te balsemen en zo het mummificatieproces op gang te brengen. Inscripties op een deel van de potten geven bovendien de Oud-Egyptische benaming van de inhoud aan en hoe die aangebracht moest worden op de doden.
Tropisch hars
Een Duits-Egyptisch team achterhaalde recent de ingrediënten van de substanties in 31 van die potjes. Ze maakten een chemische analyse van de residuen, de overblijfselen van de verschillende zalfjes en mengsels.
De onderzoekers linkten die informatie vervolgens aan de inscripties. Zo konden ze niet alleen de precieze recepten van de mengsels, maar ook de namen en de gebruikswijze ervan ontrafelen.
Ze identificeerden bijvoorbeeld drie verschillende recepten van balsem voor het hoofd, met onder andere de hars van de mastiekboom, jeneverbes of cederolie. Andere balsems dienden als geurstof of om de zwachtels waarmee het lichaam werd ingepakt te behandelen.
Een groot deel van de ingrediënten moest geïmporteerd worden uit het Middellandse Zeegebied. Elemi- en damarhars waren zelfs afkomstig van het tropische regenwoud in Afrika of Zuidoost-Azië. Volgens de onderzoekers maakten de Oude Egyptenaren dan ook gebruik van een wijd internationaal handelsnetwerk om de ingrediënten voor hun balsems te verzamelen.