Archeologen denken maar beter twee keer na voor ze scherpe stenen of steenscherven aan oermensen toewijzen, nu is gebleken dat ook apen ze kunnen produceren.
Dat moderne apen net als de mens stenen als gereedschap gebruiken, bijvoorbeeld om aan voedsel te geraken of om te spelen, is allang bekend. Maar dat ze behalve vruchten, zaden of noten ook de stenen zelf daarmee bewerken, waardoor ze gaan lijken op stenen gereedschap van de prehistorische mens, is nieuw. Dat gedrag sloeg een team van Amerikaanse, Duitse en Thaise vorsers gade bij wilde makaken in Thailand. De aapjes bewerkten de stenen weliswaar niet bewust, maar per abuis, of ze hadden in ieder geval niet als doel stenen gereedschap te vervaardigen.
Doordat de door de makaken bewerkte stenen soms moeilijk te onderscheiden zijn van prehistorisch menselijk gereedschap, moeten archeologen dus opletten als ze bewerkte stenen vinden op een site. Vaak is stenen gereedschap het enige wat er overblijft van menselijke aanwezigheid in de prehistorie – het heet niet voor niets de steentijd – en dus wordt in de eerste plaats naar dit materiaal gezocht. De vervaardiging van stenen gereedschap zou teruggaan tot 3,3 miljoen jaar geleden. Welke voorouder van de moderne mens er mee is begonnen (een Homo-soort of een Australopithecus) is nog niet helemaal duidelijk.
De onderzoekers zagen de makaken stenen gebruiken om oliepalmnoten te kraken, die iets groter zijn dan pindanoten en die heel hard kunnen zijn. Daarvoor gebruikten de apen een steen als aambeeld, en een andere als hamer. Wanneer ze ernaast sloegen – wat vaak gebeurde – konden de twee stenen tegen elkaar ketsen en vloog er al eens een scherf af. Het resultaat: in het bos waar de makaken leefden, lagen er honderden steenscherven op de grond.
Bron: George Washington University, Verenigde Staten in Science Advances