In 2019 overleden 1,27 miljoen mensen aan infecties met antibioticaresistente bacteriën, blijkt uit een nieuwe studie. Daarmee eiste antibioticaresistentie minstens een even grote dodentol als malaria en HIV.
Het gaat zo makkelijk: een beetje last van je blaas en je krijgt antibiotica voorgeschreven. In sommige landen is er zelfs onbeperkt toegang tot antibiotica zonder voorschrift. Maar dit is niet zonder gevaar: door het toenemende gebruik van antibiotica raken steeds meer bacteriën resistent. En het moge duidelijk zijn dat deze bacteriën zich niet aan landsgrenzen houden.
De afgelopen twee jaar heeft een team van onderzoekers talrijke bronnen van gegevens uitgespit, zoals wetenschappelijke publicaties, rapporten, expert-verslagen en hospitaalgegevens voor in totaal drie bacteriesoorten en 88 bacterie-antibiotica combinaties in 450 miljoen infecties. De onderzoekers vergeleken daarbij het extra aantal doden geassocieerd mét en toe te schrijven aan infecties veroorzaakt door antibioticaresistente bacteriën ten opzichte van infecties door antibioticagevoelige bacteriën en afwezigheid van infecties. De resultaten hiervan zijn recent gepubliceerd in het tijdschrift The Lancet.
Expert op het gebied van antibioticaresistentie en collaborator van de studie Jan Jacobs (Instituut Tropische Geneeskunde): ‘De resultaten zijn pakkend: wereldwijd waren er in 2019 bijna vijf miljoen doden gelinkt aan ‘antimicrobial resistance’ (AMR), waarvan 1,27 miljoen doden direct toe te schrijven aan infecties met antibioticaresistente bacteriën. Een zestal bacteriesoorten was daarbij verantwoordelijk voor bijna driekwart van de sterfte. Hierbij gaat het om resistente varianten van bacteriesoorten die algemeen verspreid zijn in de mens (Escherichia coli, Staphylococcus aureus, pneumokok) en in de (ziekenhuis)omgeving (Klebsiella pneumoniae, Pseudomonas aeruginosa en Acinetobacter baumannii). Lage luchtweginfecties vertegenwoordigden het grootste aandeel, samen met bloedstroominfecties en infecties in de buikholte.’
Arme versus rijke landen
‘De resultaten van de studie laten zien dat de ziektelast en sterfte door AMR hoger ligt in arme landen, waarbij sub-Sahara Afrika en zuidelijk Azië het ergst getroffen zijn. Aan de hand van deze studie kunnen we voor het eerst ook valide vergelijkingen maken met andere ziektes: in 2019 heeft AMR minstens een even grote dodentol geëist als malaria en HIV.’
Jacobs vervolgt: ‘De resultaten van deze studie zullen gebruikt worden om focus en prioriteit te leggen op maatregelen die AMR kunnen inperken, zoals infectiepreventie en controle, vaccinatie, verstandig en gericht gebruik van antibiotica bij mensen en de landbouw, en investering in onderzoek naar nieuwe antibiotica. Voor lage- en middeninkomenslanden is het daarnaast bijzonder belangrijk dat er microbiologische laboratoria in de ziekenhuizen ingericht en bemand worden. Daar kunnen monsters onderzocht worden van patiënten met ernstige infecties om de ziekmakende bacteriën en hun antibioticagevoeligheid te bepalen. Die data kunnen vervolgens weer teruggekoppeld worden aan de wereldgezondheidsorganisatie.’
Situatie West-Europa
Hoogleraar Moleculaire Epidemiologie van Infectieziekten Marc Bonten (UMC Utrecht): ‘Verminderde gevoeligheid van bacteriën voor antibiotica is zeker iets om ons zorgen over te maken en om aan oplossingen te werken. Wel is het goed om er rekening mee te houden dat de gebruikte data een kans geven op overschatting. In onze studies gericht op Nederland en Europa, waar over het algemeen AMR lager ligt, vonden we geen extra sterfte die te wijten is aan antibioticaresistentie. Dit komt in mijn ogen dichter bij de situatie zoals die voor ons geldt.’