Eos Blogs

Bevordert fietsen de elasticiteit van je slagaders?

Kan een korte interventie in je levensstijl de veroudering van je lichaam tegengaan? Een nieuwe studie aan de UGent onderzoekt dat, Eos-redacteur Els Verweire is een van de proefpersonen. In deze blog schrijft ze over haar ervaringen. Deel 8: hart en bloedvaten.

Een van de initiatiefnemers van de Bioklokstudie is prof. dr. Ernst Rietzschel, cardioloog in het UZ Gent. Hij wil nagaan of meer sporten iets verandert aan de vaatwandstijfheid van de deelnemers. 

‘Je vaatwandstijfheid zegt veel over de veroudering van je slagaders, vertelt hij. ‘Dat zijn elastische buizen die bij elke hartslag vijf tot zes procent in de breedte worden uitgerokken. Ze doen dat gigantisch vaak - gemiddeld zestig keer per minuut, 3.600 keer per uur, 86.400 keer per dag - en dat al van bij je geboorte. Naarmate je veroudert, boeten je slagaders door al dat uitrekken en weer inkrimpen aan elasticiteit in. En dat is de belangrijkste reden waarom je bloeddruk stijgt bij het verouderen.’

Merker

Je vaatwandstijfheid is een goede merker voor je risico op hart- en vaatziekten. Maar of er ook echt een oorzakelijk verband bestaat tussen de verstijving van je slagaders en het risico op die ziektes is voorlopig nog onduidelijk. ‘Het is niet zoals bij slagaderverkalking - de opstapeling van cholesterol en ontstekingscellen in de wand van je slagaders - waarvan bewezen is dat het leidt tot schade aan je slagaders en zo het risico verhoogt op een hartinfarct, een trombose of een beroerte’, vertelt prof. Rietzschel. ‘Van minder elastische vaatwanden vermoeden we onder andere dat ze zelf minder druk kunnen opvangen en daardoor meer druk doorgeven aan je organen, wat daar schade kan veroorzaken. Maar harde bewijzen daarvoor hebben we nog niet gevonden.’

Hoe komt het dat onderzoekers wel zeker zijn van de gevolgen van slagaderverkalking en niet van die door vaatwandstijfheid? ‘Vaatwandstijfheid kan je alleen niet-invasief onderzoeken’, vertelt prof. Rietzschel. ‘Slagaderverkalking daarentegen kan je heel goed bestuderen door de slagaders onder een microscoop te bekijken. Tijdens de oorlog in Korea bijvoorbeeld werden de slagaders van tal van overleden soldaten op die manier onderzocht. De jongens waren gemiddeld maar 24 jaar oud en toch waren er in de slagaders van meer dan de helft van hen al sporen te zien van beginnende verkalkingen.’

‘Je vaatwandstijfheid zegt meer over je risico op hart- en vaatziekten dan de som van klassieke parameters’

Dat neemt niet weg dat ook de mate van slagaderverkalking moeilijk te berekenen valt. ‘De schade kan heel lokaal zijn omdat ze ook afhankelijk is van je lokale anatomie’, vertelt prof. Rietzschel. ‘Een van je halsslagaders bijvoorbeeld splitst zich op een gegeven moment uit in twee takken, een die naar je hersenen loopt en een die naar je aangezicht loopt. Als die splitsing aan de ene kant wat scherper is dan de andere, krijgt die een meer wervelende stroom te verwerken, waardoor je daar meer slagaderverkalking gaat krijgen. Dat verklaart onder andere waarom op zo’n plek bij de ene patiënt meer vernauwingen worden gevonden dan bij de andere. Dat ligt niet aan de hoeveelheid cholesterol in hun bloed, aan hun bloeddruk of aan de gevolgen van hun rookgedrag, want die zijn doorheen hun hele lichaam gelijk. Het ligt aan hun lokale anatomie en aan de stroomomstandigheden die op verschillende plaatsen kunnen verschillen.’

Om die stroomomstandigheden beter te kunnen bestuderen werkt prof. Rietzschel al twintig jaar met een aantal burgerlijk ingenieurs hydraulica. Ze voeren in het UZ Gent permanent onderzoek naar hoe lichaamsvloeistoffen zoals bloed langs hindernissen zoals hartkleppen stromen.

Polsgolfsnelheid

Om de vaatwandstijfheid van de deelnemers aan de Bioklokstudie te onderzoeken maakt prof. Rietzschel gebruik van een echografietoestel waarmee hij hun polsgolfsnelheid in kaart brengt. Dat is de snelheid waarmee de bloeddrukgolf - die bij elke samentrekking van het hart door de slagaders wordt gestuurd - zich in de slagaderwand verplaatst.

Die golf is verschillend van de drukgolf in de slagader waarop artsen met een bloeddrukmeter de bloeddruk bepalen. Daarbij geeft de systolische bloeddruk of bovendruk een beeld van de druk op het moment dat het hart zich samenknijpt, en weerspiegelt de diastolische bloeddruk of onderdruk de druk op het moment dat het hart zich ontspant.

Credit: Marius Burgelman

Op de huid ter hoogte van de halsslagader en de dijslagader - twee makkelijk toegankelijke plaatsen om de aorta te bestuderen die van het hart langs de wervelkolom naar de benen loopt - plaatst prof. Rietzschel een probe die onhoorbare geluidsgolven met een heel hoge frequentie naar de hals- en dijslagader stuurt. Op basis van de terugkaatsende geluidsgolven aan de halslagader en aan de dijslagader kan hij de polsgolfsnelheid van de proefpersonen berekenen. ‘Ik meet het tijdsverschil tussen het aankomen van de drukgolf in je hals en in je dijbeen’, vertelt hij. ‘Op basis van dat tijdsverschil en van de afstand tussen je hals en je dijbeen, kan ik de verplaatsingssnelheid van je bloeddrukgolf berekenen in meter per seconde. Deze verplaatsingssnelheid vertelt me veel over de stijfheid van de wand van je aorta, die normaal zeer veerkrachtig moet zijn om de druk van de bloedstroom vanuit je hart aan te kunnen.’

Omdat deze meting vrij makkelijk kan worden uitgevoerd, voerden onderzoekers ze al vaak uit en maakten ze referentiekaders, waarden die ze mogen verwachten in een normale populatie. Door de waarden van de proefpersonen te vergelijken met deze referentiewaarden, kan prof. Rietzschel zien hoe goed ze scoren ten opzichte van wat hij voor iemand van hun leeftijd mag verwachten.

‘Je vaatwandstijfheid zegt meer over je risico op hart- en vaatziekten dan de som van klassieke parameters zoals je bloeddruk, je suikerspiegel of het cholesterolgehalte in je bloed’, vertelt hij. ‘Dat zijn allemaal momentopnames, terwijl je vaatwandstijfheid een biomerker is die iets zegt over alle schade die zich in de loop van je leven heeft opgebouwd. Je vaatwandstijfheid weerspiegelt niet alleen de veroudering die het gevolg is van je cumulatieve blootstelling aan klassieke risicofactoren zoals een verhoogd cholesterolgehalte, een verhoogde bloedsuikerspiegel, een gebrek aan fysieke activiteit, overgewicht, een ongezond voedingspatroon, overmatig alcoholgebruik, roken en een gefragmenteerde slaap. Maar ook de veroudering die het gevolg is van nog onbekende risicofactoren en van je erfelijke achtergrond.’

Videospelletje

De kans dat prof. Rietzschel op zes maanden tijd iets gaat zien verbeteren aan de vaatwandstijfheid van de proefpersonen van de Bioklokstudie is klein. ‘Het duurt heel lang vooraleer structurele veranderingen aan de slagaders zijn opgebouwd, het duurt wellicht minstens even lang om er iets aan te veranderen’, vertelt hij. ‘Bovendien is het niet eens zeker dat je de opgelopen schade nog kan terugdraaien. Het zou best kunnen dat je in het beste geval alleen de verdere opbouw van de schade kan afremmen. Maar om dat te zien heb je wellicht meer dan zes maanden opvolging nodig.’

Bijkomend probleem is dat door meer te sporten de bloeddruk en de hartslag van de deelnemers zullen dalen. Daardoor komen hun slagaders onder een lagere druk te staan, wat ook een effect gaat hebben op hun polsgolfsnelheid. ‘Helaas zegt dat niets over eventuele structurele veranderingen aan hun slagaders’, zegt prof. Rietzschel.

Waarom dan dit onderzoek? Prof. Rietzschel verwacht meer van het effect van het videospelletje dat de proefpersonen voor hem (en voor prof. Marie-Anne Vanderhasselt die onderzoek voert naar stress) moesten spelen terwijl ze op zijn onderzoekstafel lagen. ‘Door hen op een kwart van hun maximale knijpkracht in een hendel te laten knijpen om op een scherm een balletje tussen twee muurtjes te houden, laten we hen een isometrische inspanning uitoefenen’, vertelt hij. ‘Dat is een oefening waarbij ze hun spieren aanspannen, maar zonder hun gewrichten te bewegen.’

Credit: Marius Burgelman

Prof. Rietzschel testte eerder uit wat dat teweegbrengt bij 2.524 proefpersonen die hij al meer dan twintig jaar opvolgt. ‘We stelden vast dat daardoor hun systolische bloeddruk met gemiddeld 20 mmHg of millimeter kwik stijgt en hun diastolische met gemiddeld 10 mmHg’, vertelt hij. ‘Daardoor verhoogt ook hun polsgolfsnelheid, terwijl hun hartslag nagenoeg gelijk blijft. We willen op die manier bekijken hoe een slagader omgaat met een bloeddrukstijging die je bijvoorbeeld bij een fysieke inspanning kan zien.’

Twintig jaar terug én vooruit in de tijd

De 2.524 proefpersonen waarover sprake maken deel uit van de Asklepiosstudie, een longitudinale bevolkingsstudie over gezond ouder worden die prof. Rietzschel in 2002 opzette. ‘Bij het opstarten van de studie in 2002 waren de deelnemers tussen de 35 en 55 jaar oud en op het eerste gezicht vrij van hart- en vaatziekten’, vertelt hij. ‘We lieten hen allerhande vragenlijsten invullen over bijvoorbeeld hun voeding, slaap en fysieke activiteit. We voerden metingen uit zoals hun BMI en bloeddruk. En we onderzochten ook enkele biomarkers voor veroudering, zoals de lengte van hun telomeren, de uiteinden van hun chromosomen die inkorten met het ouder worden.’

Levert de Bioklokstudie informatie op over de vaatwandstijfheid, dan wil prof. Rietzschel niet alleen een grootschaliger interventiestudie opzetten om de bevindingen verder te bestuderen, maar ook retrospectief onderzoek doen bij de proefpersonen van de Asklepiosstudie. ‘Het interessante daaraan is dat we nu al twintig jaar kunnen terugkijken in de tijd om te zien of er toen al risicofactoren waren van afwijkingen die we nu zien’, vertelt hij. ‘Bovendien kunnen we de bloed- en DNA-stalen die we destijds hebben afgenomen nu onderzoeken met techieken die veel geavanceerder zijn dan twintig jaar geleden. Daardoor kunnen we meteen ook twintig jaar in de toekomst kijken.’