Een belangrijke proteïne die de immuniteit tegen het zikavirus stimuleert, kan bijdragen aan de ontwikkeling van een efficiënte behandeling.
Het zikavirus behoort tot de familie van de Flaviviridae-virussen, waar ook het gelekoortsvirus deel van uitmaakt. Die ziektes verspreiden zich via muggenbeten. Voor de meeste mensen zijn deze virussen ongevaarlijk. Het menselijke immuunsysteem weet snel in te grijpen en ruimt de boosdoener op. Vaak gebeurt dit zelfs zonder symptomen, zodat de infectie onopgemerkt verdwijnt.
Toch is niet iedereen immuun. Eén op de vijf mensen ondervindt wel klachten. Die kunnen in enkele gevallen zelfs levensbedreigend zijn. Vooral zwangere vrouwen moeten opletten: het virus kan de foetus aantasten wat ertoe leidt dat de kindjes met afwijkingen geboren worden.
Immuun dankzij het Z-DNA-eiwit
Hoe komt het dat niet iedereen immuun is? Een gebrek aan de Z-DNA-eiwit, dat gecodeerd wordt door het ZBP1-gen, blijkt daarvoor verantwoordelijk te zijn. Die proteïne werkt als een sensor en triggert ons immuunsysteem bij besmetting met een Flaviviridae-virus. Dit doet het door de necroptosis te activeren, een vorm van geprogrammeerde celdood.
Bij een test met geïnfecteerde muizen werd het gen ZBP1 uitgeschakeld waarna het sterftecijfer van de zieke diertjes plots steeg naar honderd procent. Omdat de besmette cellen niet meer afstierven kon het virus zich vlot verspreiden, wat het dan ook zeer snel deed, met dodelijke gevolgen.
Dankzij de ontdekking van de rol van het Z-DNA-eiwit, kan er nu gezocht worden naar een efficiënte behandelingsmethode tegen die Flaviviridae-virussen. Daarvoor wordt gekeken naar de mogelijkheid om het eiwit via het centraal zenuwstelsel te activeren. Omdat het virus zich in de hersenen nestelt, is het moeilijk te bereiken. Met medicatie open je de barrière naar het brein, waardoor de infectie zich net beter kan verspreiden. Maar als je een lichaamseigen eiwit kan activeren, neemt het menselijk immuunsysteem het over.