Eén op de twee patiënten heeft last van een zogenaamd “chemobrein” na kanker. Dankzij een gepersonaliseerd nazorgprogramma is herstel mogelijk.
Sara is 35 jaar en is net thuisgekomen na een goed nieuws gesprek met haar oncoloog. Op de scan is de ziekte niet meer te zien. Ze is in remissie. Sara is opgelucht, maar komt toch thuis met een dubbel gevoel. Deze ochtend, voor ze vertrok naar het ziekenhuis, vond ze in alle reilen en zeilen haar sleutels niet. Na een halfuur zoeken kwam ze de sleutels uiteindelijk toch tegen. In de auto dacht ze eraan dat ze het gasvuur nog was vergeten uit te doen, … Dan maar even terugrijden om zeker te zijn dat het gasvuur inderdaad uit staat.
Herken jij je soms ook in het verhaal van Sara? Vele mensen vergeten soms wel eens waar ze de sleutels hebben gelegd en of ze het gasvuur hebben uitgedaan. In het geval van Sara, en zoveel andere mensen die zijn behandeld voor kanker, gaan die klachten nog wat verder. Zo neemt Sara tijdens de consultatie haar notitieboekje erbij. Ze vergeet de laatste tijd zeer veel en enkel door alles zorgvuldig op te schrijven lukt het haar om de belangrijke dingen niet te vergeten.
Nu ze terug thuis is van de consultatie voelt Sara zich heel moe, ze gaat even rusten in de zetel. Dit doet ze de laatste maanden elke dag. Daarzonder kan ze niet meer functioneren. Sara zou ook graag terug willen lezen, maar dat gaat niet meer want ze onthoudt niet wat ze net heeft gelezen. Vroeger was ze ook een fervent sporter, maar nu ze heeft ze er geen energie en motivatie meer voor. Ook zou Sara eigenlijk terug willen gaan werken, maar dat zou nu nog te vermoeiend zijn. De resterende energie gaat naar haar 2 kindjes, waar ze probeert een balans te vinden tussen rust voor zichzelf en aandacht voor haar kindjes.
'Ik heb een chemobrein, dus ik zal er maar mee moeten leven'
Sara heeft last van concentratie en geheugenklachten, ook wel cognitieve klachten genoemd. Dit is ook wel bekend onder de naam van het ‘chemobrein’ omdat het meeste onderzoek is gedaan bij patiënten die zijn behandeld voor borstkanker met chemotherapie. Zo hebben één op de twee borstkanker patiënten die behandeld zijn met chemotherapie last van cognitieve klachten. Toch komen cognitieve klachten niet enkel voor na chemotherapie. Ze komen ook voor bij andere soorten kanker en na andere behandelingen, zoals radiotherapie, hormoontherapie, heelkunde en mogelijks zelfs na immunotherapie.
Op dit moment is er nog geen concreet behandelingsplan voor concentratie en geheugenklachten na kanker in België. Daardoor kan er een soort van fatalisme optreden rond de cognitieve klachten: “Ik heb een chemobrein, dus ik zal er maar mee moeten leven.” Hieruit is het gepersonaliseerd nazorgprogramma gegroeid, een samenwerking tussen het UZ Brussel en het UVC Brugmann. Sara beslist om deel te nemen aan het nazorgprogramma.
Integratief en gepersonaliseerd nazorgprogramma voor cognitieve klachten
In het UVC Brugmann bieden we een integratief en gepersonaliseerd nazorgprogramma aan van 8 sessies, waar de deelnemers één volledige dag per week naar het ziekenhuis komen. Tijdens zo een dag gaan de deelnemers de cognitieve functies trainen die moeilijker gaan. Dit noemt cognitieve functietraining. Dit kan je vergelijken met een kinesist die de spieren gaat trainen. In dit geval trainen we de spieren van de hersenen.
Op basis van een neuropsychologisch onderzoek weten we op voorhand welke functies we het beste trainen. Daarnaast geven we cognitieve strategietraining. De deelnemers leren daarin technieken om zich in dagelijkse situaties beter te kunnen concentreren. We geven ook informatiesessies waar we uitleg geven over wat cognitieve functies zijn en hoe ze invloed hebben op ons dagelijks leven, maar evengoed over thema’s zoals angst voor herval, vermoeidheid en piekergedachten. We weten namelijk dat onze emoties en gedachten ook een grote invloed hebben op hoe we ons kunnen concentreren. Denk eens terug aan een situatie waar je erg piekerde; kon jij je toen nog concentreren op je werk? Tot slot sluiten we de dag altijd af met rustige sessie rond yoga, meditatie en aangepaste bewegingstherapie. De bedoeling van deze sessies is om op de vermoeidheid te werken en om meer in het hier-en-nu te leven, waardoor negatieve gedachten en emoties meer kunnen worden losgelaten.
Persoonlijk doel
De rode draad tijdens het nazorgprogramma is het persoonlijk doel van de deelnemer. Zo hebben sommige deelnemers als doel om terug een boek te kunnen lezen. Anderen willen terug hun hobby kunnen uitvoeren of terug beginnen met werken. Doorheen het nazorgprogramma gaan de deelnemers hier concreet mee aan de slag.
De deelnemers krijgen duidelijke handvaten van hoe je die concentratie- en geheugenklachten kan aanpakken in het dagelijks leven
Waarom integratief?
We weten uit eerder onderzoek, vooral uit de psychiatrie, dat pure cognitieve training niet werkt. Het kan de testresultaten van het neuropsychologisch onderzoek wel verbeteren, maar de deelnemers hebben geen handvaten om het toe te passen in het dagelijks leven. Het integratieve nazorgprogramma speelt daarop in door strategietraining te geven en informatiesessies te geven met duidelijke handvaten van hoe je die concentratie- en geheugenklachten kan aanpakken in het dagelijks leven.
Het integratieve zit hem in het combineren van technieken uit de neuropsychologie, cognitieve gedragstherapie en mind-body interventies die allemaal op zichzelf staand al zijn effect hebben bewezen. Bij cognitieve gedragstherapie maken we de link tussen onze gedachten, onze emoties en ons gedrag, en proberen we dit concreet aan te pakken. Mind-body interventies, zoals yoga, meditatie of mindful wandelen, hebben op hun beurt positieve effecten op vermoeidheid, angst en depressie klachten en de levenskwaliteit. Door die verschillende technieken te combineren verbeteren we niet enkel de aandacht en het geheugen, maar ook het algemeen welzijn van de deelnemers.
Hoe zit het nu met Sara? Ze heeft het 8-wekelijkse programma gevolgd. Na het beëindigen van het programma voelt ze dat ze terug zelfzeker is geworden. Ze is terug begonnen met lezen en vindt dit ook erg ontspannend. Ze heeft nu ook enkele vaste tijdstippen in de week wanneer ze gaat wandelen in het bos. Ze is op dit moment nog niet aan het werk, maar ze is via het nazorgprogramma in contact gekomen met een sociaal verpleegkundige die haar gidst doorheen haar proces van werkhervatting.
Dit nazorgprogramma is op dit moment lopende en staat open voor nieuwe deelnemers. Meer info en de contactgegevens kan je vinden op de wezbsite van UZ Brussel.