Je tampon bevat mogelijk metalen: ‘Er is meer transparantie nodig over het productieproces’

Tampons kunnen metalen bevatten, blijkt uit recent onderzoek. Of die ook in de bloedsomloop en de rest van het lichaam terecht kunnen komen, is nog niet duidelijk.

Tampons worden veel en langdurig gebruikt. Daarom is er een groeiende interesse in het onderzoeken van tampons als een potentiële bron van chemische blootstelling. Een groep Amerikaanse onderzoekers heeft als eerste onderzocht of tampons metalen bevatten die afkomstig zijn van landbouw- of productieprocessen.

De wetenschappers evalueerden de concentraties van zestien metalen en semi-metalen in dertig tampons van veertien tamponmerken en achttien productlijnen. Van elke tampon analyseerden ze telkens twee monsters van 0,2 à 0,3 gram om de concentraties arseen, barium, calcium, cadmium, kobalt, chroom, koper, ijzer, mangaan, kwik, nikkel, lood, selenium, strontium, vanadium en zink te bepalen. Ze onderzochten die concentraties bij tampons van verschillende merken en materialen, gekocht in verschillende regio’s.

Van alle zestien onderzochte metalen en semi-metalen vonden ze er minstens twaalf in meetbare concentraties terug in alle onderzochte stalen. Daarbij vonden ze ook verhoogde concentraties van calcium en zink en zelfs van toxische metalen zoals lood, waarvan geen veilig blootstellingsniveau bekend is.

‘Het vaginale epitheel is een stuk meer doorlaatbaar dan bijvoorbeeld de huid, waardoor het risico bestaat dat stoffen in de bloedsomloop terechtkomen’

De concentraties verschilden tussen regio’s van tamponaankoop (Verenigde Staten versus Europese Unie), tussen tampons van biologisch en niet-biologisch materiaal, en tussen tampons van merken en huismerken. Loodconcentraties waren bijvoorbeeld hoger in niet-biologische tampons, terwijl de arseenconcentraties hoger waren in biologische tampons. Geen enkele categorie had consistent lage concentraties van alle of van de meeste onderzochte metalen.

Tampons vormen dus een potentiële bron van blootstelling aan metalen. Meer onderzoek is nodig om na te gaan of metalen uit tampons kunnen ontsnappen en via het vaginale epitheel – het sterk absorberende slijmvlies dat de binnenkant van de vagina bekleedt – in de bloedsomloop en de rest van het lichaam kunnen terechtkomen. De onderzoekers pleiten ook voor regelgeving die het testen van metalen in tampons door fabrikanten verplicht.

Moeten vrouwen zich zorgen maken?

Leonore Vander Donck, onderzoekster bij Isala, het citizen science project van de Universiteit Antwerpen naar het vrouwelijke microbioom, was verrast door de resultaten. ‘Het hoge voorkomen van deze metalen in tampons was ook voor ons zeker nieuw’, vertelt ze. ‘Onderzoekers zijn nog maar heel recent begonnen met het meer in detail bekijken van menstruatieproducten. Niet alleen qua compositie maar ook hoe ze je microbioom kunnen beïnvloeden. Het probleem dat de onderzoekers in deze studie ook aanhalen is dat er heel weinig informatie gegeven wordt door de producenten en bevestigt dat er inderdaad meer transparantie nodig is over het productieproces.’

‘Er is zeker ook meer onderzoek nodig om na te gaan of deze stoffen worden vrijgegeven uit de tampons en dan ook nog eens geabsorbeerd kunnen worden door het lichaam’, vertelt Vander Donck. ‘Het vaginale epitheel is een stuk meer doorlaatbaar dan bijvoorbeeld de huid, waardoor het risico bestaat dat stoffen in de bloedsomloop en in de rest van het lichaam terechtkomen. Maar vaginaal vocht en zeker menstrueel bloed tijdens het gebruik van de tampons zorgen er wellicht wel voor dat deze metalen het lichaam weer snel genoeg verlaten.’

‘Vrouwen moeten zich dus zeker niet onmiddellijk zorgen maken. Tampons worden ondertussen al heel lang gebruikt. Eventuele dramatische gevolgen voor onze gezondheid zouden daarom al lang bekend zijn geweest’, gaat Vander Donck verder. ‘Natuurlijk is het wel iets dat we verder moeten onderzoeken, want zoals de wetenschappers aanhalen, kunnen deze metalen een negatieve invloed hebben onze gezondheid.’

Vander Donck hoopt in de komende Luna-studie, een nieuw dochterproject van het Isala-project, te achterhalen wat de invloed is van menstruatieproducten op het microbioom.