Ons lichaam zit vol microplastics: ze zitten in ons bloed, onze longen en lever. Ze komen op verschillende manieren ons lichaam binnen, ook via kauwgum. Is dat schadelijk?
En er zijn veel manieren om die microplastics op te eten, in te ademen of op een andere manier binnen te krijgen. Eén plastic theezakje geeft bijvoorbeeld meer dan tien miljard deeltjes af in een kopje thee.
En als je je huis opknapt en je de oude verf eraf schuurt, kan je de microplastics inademen die uit de plastic bindmiddelen vrijkomen. Je kan ze ook doorslikken als je uit plastic wegwerpflessen drinkt. Nu is er een nieuwe bron van microplastics in het lichaam ontdekt: kauwgom.
Kauwgom bevat polymeren. Dat zijn lange moleculen. Sommige kauwgommerken bevatten natuurlijke polymeren van boomhars. Andere gebruiken synthetische polymeren van petroleum. Die verschillende polymeren zijn vergelijkbaar met plastic – en sommige zijn zelfs plastic. Zowel de natuurlijke als de synthetische polymeren in kauwgom kunnen kleine deeltjes vrijlaten als je erop kauwt.
In een nieuwe studie naar kauwgom heeft een vrijwilliger tien verschillende soorten kauwgom uitgetest. Het ging om vijf natuurlijke en vijf synthetische kauwgomsoorten. Vervolgens werden er speekselstalen afgenomen en onder de microscoop geplaatst. Verrassend genoeg werden er in zowel de natuurlijke als de synthetische kauwgom microplastics teruggevonden.
Onderzoekers aan de universiteit van Californië berekenden dat één enkele kauwgom honderden of zelfs duizenden stukjes microplastics kan vrijgeven. Waarschijnlijk worden ze dan later doorgeslikt.
De plasticsoorten in de kauwgom zijn: polystyreen (gebruikt voor onder meer bakjes voor afhaalmaaltijden), polyethyleen (een plasticsoort dat ook in boodschappentassen zit) en polypropyleen (gebruikt voor onder andere autobumpers en medicijnflesjes).
Maar voor we ons zorgen beginnen te maken over de microplastics die vrijkomen bij het kauwen van kauwgom, moeten we weten hoe groot ze zijn.
De grootte telt
De microplastics in het speeksel van de vrijwilliger waren twintig micrometer of groter. Dat is de diameter van de dunste menselijke haar. Voor een menselijke cel is twintig micrometer immens groot. Zo is een rode bloedcel zeven micrometer in diameter.
Dit is een belangrijke vaststelling, want microplastics die 500 tot 1000 keer kleiner zijn, kunnen schadelijk zijn voor cellen en embryo’s. Die superkleine schadelijke microplastics worden nanoplastics genoemd.
Levende cellen kunnen de ultrakleine nanoplastics absorberen, een proces dat endocytose heet. Zodra de cellen de nanoplastics opnemen, ontstaan er grote problemen. Zo kan de cel schadelijke moleculen ofwel reactieve zuurstofcomponenten produceren. Die gifstoffen zullen de cel niet onmiddellijk doden, maar wel verzwakken.
Bovendien zijn de plasticdeeltjes waarvan is aangetoond dat ze aangeboren afwijkingen bij dierlijke embryo’s veroorzaken, ook de hele kleine nanoplastics. Dat zijn dus niet de microplastics die in het speeksel van de vrijwilliger gevonden zijn.
Het onderzoek naar kauwgom is boeiend. Het toont aan hoe gemakkelijk we ons onbewust blootstellen aan honderden microplastics. Toch kunnen we niet met zekerheid zeggen of kauwgom een bepaald gezondheidsrisico teweegbrengt.
De microplastics zijn redelijk groot en we weten niets over de mogelijke gevolgen ervan voor het menselijk lichaam. En we weten al helemaal niet of kauwgom nanoplastics vrijgeeft. De moeilijkheid ligt erin dat de nanoplasticdeeltjes zo klein zijn dat je ze enkel met een speciaal toestel kunt zien. Daarom zijn de Amerikaanse onderzoekers gestopt met de studie.
Sommige experts vinden de mogelijke gezondheidsrisico’s van microplastics overdreven. Andere bekritiseren de kwaliteit van de wetenschappelijke studies over microplastics. Wij gaan akkoord met die kritiek. Hopelijk duurt het niet te lang totdat we weten of de angst voor microplastics terecht is – of slechts een hype.
Vertaling: Lisa Vanroye