Uit nieuw onderzoek van de Universiteit Hasselt en de Universiteit van Aberdeen blijkt voor het eerst dat er in de longen, lever en hersenen van ongeboren baby’s al sporen van luchtvervuiling terug te vinden zijn.
Het team van de Universiteit Hasselt en de Universiteit van Aberdeen toonde eerder al aan dat er in alle trimesters van de zwangerschap roetdeeltjes in de placenta terug te vinden zijn. ‘Sinds onze ontdekking dat blootstelling aan luchtvervuiling bij zwangere vrouwen ervoor kan zorgen dat minuscule roetdeeltjes in de placenta terechtkomen, wilden we nagaan welke impact die roetvervuiling precies kan hebben op de ontwikkeling van de foetus in de baarmoeder,’ vertelt prof. dr. Tim Nawrot (UHasselt).
In de nieuwe studie zagen de onderzoekers voor het eerst dat roetdeeltjes niet in de placenta blijven zitten, maar een weg vinden tot in de organen van de foetus die nog in volle ontwikkeling zijn. Vooral het feit dat de roetdeeltjes in de nog volop ontwikkelende hersenen terechtkomen, is volgens prof. dr. Paul Fowler van de Universiteit van Aberdeen onrustwekkend. ‘Het betekent dat deze nanopartikels via de hersenen in contact komen met het volledige netwerk van cellen en organen in het lichaam van de foetus en hierop kunnen inwerken’, vertelt hij.
De studie bewijst volgens de onderzoekers nog maar eens het belang om de uitstoot van roetdeeltjes, voornamelijk door verbranding van fossiele brandstoffen, te limiteren. Zeker omdat deze vervuiling al een rol kan spelen in de vroegste stadia van de menselijke ontwikkeling. In verder onderzoek willen ze de mechanismen achter deze gezondheidsrisico’s verder bestuderen en ontrafelen.
Blootstelling aan luchtvervuiling tijdens de zwangerschap en kindertijd werd eerder al gelinkt aan een verhoogde kans op een doodgeboren kind, vroeggeboorte, lager geboortegewicht of een verstoorde hersenontwikkeling, met mogelijke gevolgen op latere leeftijd.