Voel jij ‘s ochtends ook de drang om je wekker herhaaldelijk te laten afgaan in de hoop wat extra minuten slaap bijeen te sprokkelen? Voel je niet schuldig, want snoozen is niet zo schadelijk als gedacht.
Snoozen kan heerlijk zijn, maar het zadelt je vaak ook op met een schuldgevoel, slaperigheid voor de rest van de dag of stress omdat je de ochtendroutine in een hogere versnelling moet doorspartelen. Lifestylejournalisten gooien daarom graag de meest masochistische tips om minder te snoozen naar je hoofd, zoals het buiten handbereik plaatsen van je wekker, waardoor je uit bed moet komen om hem uit te zetten. Gruwelijk.
Zweedse wetenschappers komen nu met goed nieuws voor hardnekkige snoozers: snoozen is helemaal niet zo slecht als we denken, het heeft zelfs voordelen voor sommige mensen. In een eerste studie werden bijna tweeduizend volwassenen bevraagd over hun slaapgewoonten. Zeventig procent bekende af en toe te snoozen. De gemiddelde snoozetijd was ongeveer 22 minuten, maar sommige verwoede kussenknuffelaars gingen er tot wel drie uur mee door – je begint je af te vragen waarom die mensen niet gewoon blijven liggen tot het weer bedtijd is. Snoozers zijn, weinig verrassend, doorgaans jonger en avondmensen. Ze klagen ook vaker over ochtendmoeheid en slapen over het algemeen minder uren.
In een tweede onderzoek lieten de Zweedse wetenschappers 31 hardnekkige snoozers meteen na het opstaan een denktaak uitvoeren. De deelnemers leverden over het algemeen betere prestaties wanneer ze konden snoozen dan wanneer ze abrupt uit hun bed werden gehaald. Bovendien bleek snoozen geen merkbare invloed te hebben op stresshormonen, ochtendlijke slaperigheid, humeur of het nachtelijke slaappatroon. Kortom, dat schuldgevoel over snoozen mag overboord, vooral als je het beperkt tot maximaal dertig minuten.