Voor ik het vergeet

Ons geheugen gaat 8 tot 17 keer sneller achteruit in de laatste 2,5 jaar van ons leven.

Amerikaanse onderzoekers hielden het geheugen van 174 katholieke priesters, nonnen en monniken die nog geen geheugenproblemen hadden, jarenlang in de gaten. De proefpersonen werden jaarlijks aan een geheugentest onderworpen. Nadat ze waren gestorven, gingen wetenschappers in hun hersenen op zoek naar sporen van de ziekte van Alzheimer. Uit de resultaten bleek dat vanaf 2,5 jaar vÓÓr de dood, verscheidene geheugen- en denkvaardigheden samen achteruit gingen en dit 8 tot 17 keer sneller dan voor deze terminale periode. Een grotere hoeveelheid plaques en tangles – de typische sporen van alzheimer – in de hersenen werd wel in verband gebracht met een sneller begin van deze terminale periode, maar had niets te maken met de snelheid waarmee het geheugen achteruit ging. Volgens de onderzoekers zijn geheugenverlies en andere cognitieve problemen te wijten aan biologische veranderingen in de hersenen die typisch zijn voor het einde van het leven.