Veel mensen hebben bonkende hoofdpijn na een of twee glazen rode wijn. Volgens Amerikaans onderzoek is de boosdoener achter deze ‘katerkop’ een metaboliet van het antioxidant quercetine. Toch blijven antioxidanten belangrijk voor onze gezondheid, en misschien kunnen ze zelfs deel uitmaken van nieuwe therapieën tegen multiple sclerose.
Van sommige alcoholische dranken kan je meerdere glazen drinken voor je hoofdpijn krijgt, maar bij rode wijn treedt de hoofdpijn dikwijls al vroeg op. De hoofdverdachte van de rode-wijn-hoofdpijn is volgens de Amerikaanse onderzoekers van de University of Carolina de grote hoeveelheid antioxidanten in de drank. Die stoffen worden ook wel flavonoïden genoemd.
In hun onderzoek toonden de Amerikanen aan dat een levermetabolliet van het antioxidant quercetine de afbraak van alcohol verstoort. De daaropvolgende opstapeling van de toxische acetaldehyde leidt tot hoofdpijn. Hoewel deze resultaten niet werden bekomen door onderzoek met proefpersonen, maar door middel van een kunstmatig enzym dat acetaldehyde afbreekt, geeft het wel aan dat antioxidanten niet alleen maar de gezondheid bevorderen. Althans, niet in combinatie met alcohol.
Flavonoïden zitten ook in kruiden, groenten en fruit, voedingsmiddelen die normaal geen hoofdpijn veroorzaken. Er zijn ondertussen meer dan zesduizend soorten ontdekt, waarvan verschillende kanker afremmen, ontstekingen afremmen of een antivirale werking hebben. Positieve gezondheidseffecten dus. En de resultaten die onderzoekers nu rapporteren, zijn niks nieuws. Meer dan drieduizend jaar geleden, tijdens de Zhou dynastie in China, werden er al geneeskrachtige mechanismen toegeschreven aan kruidenmengsels met antioxidanten.
Zo bevat een veelgebruikt medicijn uit die tijd, Huangqin, het antioxidant baicalein. In de traditionele Chinese geneeskunde werd het gebruikt om hitte te verminderen, gifstoffen te elimineren en pijn te verzachten. Moderne wetenschap toonde inmiddels aan dat het antioxidant baicalein ontsteking afremt door in te werken op immuuncellen. Ondanks de duizenden jaren die tussen het begin van de traditionele Chinese geneeskunde en de moderne wetenschap liggen, zijn beide domeinen het er dus over eens dat flavonoïden gebruikt kunnen worden in de bestrijding en behandeling van ziektes.
An apple a day…
De onderzoeksgroep waar ik deel van uitmaak vindt ook bewijs voor de therapeutische waarde van flavonoïden. Zij zochten het echter niet in de traditionele Chinese geneeskunde, maar bleven eerder dicht bij huis: het Haspengouws fruit. Onder het motto: ‘An apple a day keeps the doctor away’ onderzochten ze of het antioxidant floretine een therapie kon zijn voor multiple sclerose (MS).
Deze aandoening wordt veroorzaakt door een ontstekingsreactie tegen de isolerende laag rond zenuwen in ons brein. Op lange termijn verstoort die de communicatie tussen de hersenen en de rest van het lichaam, waardoor patiënten onder andere coördinatieproblemen, krachtverlies en blaasproblemen ontwikkelen. In België alleen al zijn er 12.000 MS patiënten.
Voor hen en voor patiënten wereldwijd bestaan er nog geen behandelingen die de voortgang van de ziekte afremmen. Met diermodellen voor MS toonde mijn onderzoeksgroep aan dat floretine zowel ontstekingsremmend als herstelbevorderend werkt, beide eigenschappen die een nieuwe behandeling voor MS nodig heeft om de voortgang van de ziekte tegen te gaan.
Het antioxidant floretine werkt zowel ontstekingsremmend als herstelbevorderend
Hoewel deze onderzoeksresultaten veelbelovend zijn, betekent dit jammer genoeg niet dat MS patiënten verlost zijn van hun ziektesymptomen door een appel per dag te eten. De hoeveelheid floretine in een appel is namelijk klein. Een gram appel bevat minder dan een duizendste van een milligram floretine. Bovendien zit de floretine vooral in de schil, die veel mensen niet opeten. En zelfs als er in appels hogere floretine concentraties zouden zitten, belemmert de spijsvertering vaak de opname van flavonoïden. Dat zorgt ervoor dat het erg moeilijk is om voldoende hoge niveaus van floretine in het brein te bereiken.
Met al deze bemerkingen kan je je afvragen waarom wetenschappers überhaupt nog aandacht besteden aan antioxidanten. Een terechte vraag, maar technieken om antioxidanten uit de voeding te halen, te concentreren en de opname te verbeteren, worden volop onderzocht. Deze inspanningen kunnen ervoor zorgen dat antioxidanten in de toekomst ingezet worden als behandeling voor MS en andere aandoeningen.
Tot het zover is: blijf zeker groenten en fruit eten. Want antioxidanten zijn zo slecht nog niet.