Wat zit er in e-sigaretten, wegwerpvapes of in de vloeistof die je daarin gebruikt? Daar is nog veel onduidelijkheid over.
Analytische chemie, zoals het onderzoek van mijn eigen team, geeft antwoorden, maar de gezondheidseffecten van vapes begrijpen is complexer. Het gezondheidsrisico van e-sigaretten hangt van veel factoren af, zoals welk apparaat, welke smaken, en hoe mensen die apparaten gebruiken. Vapers weten dus gewoon niet wat ze inhaleren en kunnen niet zeker zijn van de gevolgen voor hun gezondheid.
Wat weten we wel?
Ondanks deze complexiteit zijn er enkele overeenkomsten tussen wat verschillende laboratoria vinden. Ingrediënten zijn onder andere nicotine, smaakstoffen en de vloeistoffen waarin die zitten, voornamelijk propyleenglycol en glycerine. Verontrustend is dat we ook vluchtige organische stoffen en stofdeeltjes vinden, waarvan er veel schadelijk zijn, en kankerverwekkende stoffen.
Ons eerdere onderzoek vond ook 2-chloorfenol in ongeveer de helft van de vloeistoffen voor navulbare e-sigaretten. Die stof zit daarin zonder enige reden. Ze is wereldwijd geclassificeerd als ‘schadelijk bij inademing’, en haar aanwezigheid komt waarschijnlijk door verontreiniging tijdens de productie.
Polonium
Ook radioactief polonium-210, de stof waarmee voormalig Russisch spion Alexander Litvinenko vermoord werd in 2006, kwam onlangs ter sprake als mogelijk ingrediënt. Polonium-210 komt voor in traditionele sigaretten en andere tabaksproducten, omdat tabaksplanten radioactieve stoffen absorberen uit de grond, uit de lucht en kunstmest met een hoog fosfaatgehalte. Het onderzoek naar polonium-210 in aerosolen van e-sigaretten loopt nog. Het is mogelijk dat het erin zit als de glycerine in e-liquids afkomstig is van planten die opgekweekt zijn met zulke kunstmest.
De e-sigaret zelf
Naast de ingrediënten kunnen ook de materialen waarvan e-sigaretten zijn gemaakt in ons lichaam terechtkomen. Giftige metalen en aanverwanten zoals arseen, lood, chroom en nikkel kunnen uitlogen uit de verwarmingsspiraal, draden en soldeerverbindingen. Ze worden aangetroffen in zowel de vloeistoffen als in als urine, speeksel en bloed van vapers.
Verwarmen
Om een inhaleerbare aerosol te maken, worden de vloeistoffen verhit. Dat verandert hun chemische samenstelling. Afbraakproducten van verwarmen zijn:
- formaldehyde (gebruikt om dode lichamen te balsemen)
- aceetaldehyde (draagt bij aan een alcoholkater)
- acroleïne (chemisch wapen in de eerste wereldoorlog en nu herbicide).
Die stoffen zitten vaak in onderzoeksmonsters van e-sigaretten, maar de gemeten niveaus variëren sterk door de verschillende apparaten en de manier waarop de monsters worden verzameld.
Vaak zijn de concentraties erg laag, waardoor voorstanders van vaping beweren dat e-sigaretten veel veiliger zijn klassieke sigaretten. Maar veel gebruikers van e-sigaretten (met name jongeren) waren of zijn geen sigarettenrokers, waardoor je eigenlijk alleen maar mag vergelijken met het inademen van lucht. Een vaper wordt ongetwijfeld blootgesteld aan meer giftige en schadelijke stoffen dan een niet-roker. Mensen die tabak kopen krijgen ook een overvloed aan waarschuwingen over de gevaren van roken, vapers meestal niet.
Etiketten
Een andere reden waarom het onmogelijk is om te vertellen wat er in vapes zit: het gebrek aan informatie op het etiket. Als er al labels zijn, geven ze daarom niet altijd aan wat er in het product zit. De nicotineconcentratie van e-liquids is vaak heel anders dan wat er op het etiket staat, en ook nicotinevrije e-liquids bevatten vaak nicotine.
Smaaknamen op het etiket zoals ‘bessen’ of ‘tabak’ laten een gebruiker op geen enkele manier weten welke chemische stoffen die bessensmaak produceren. Een bessensmaak kan worden gemaakt van meer dan 35 verschillende stoffen. De vaper weet ook niet welke veranderingen deze chemicaliën kunnen ondergaan door verhitting en/of interactie met andere ingrediënten en de onderdelen van het apparaat.
Smaakstoffen kunnen geclassificeerd zijn als ‘veilig om te eten’. Maar ze mengen in e-liquids, verhitten en inhaleren is een heel ander soort blootstelling. Neem nu benzaldehyde, een amandelaroma. Wanneer dat wordt geïnhaleerd, tast het de immuunfunctie van longcellen aan, dus kan het de weerstand van een vaper verminderen tegen andere geïnhaleerde gifstoffen of infecties aan de luchtwegen.
Hoe nu verder?
Om de gezondheidsrisico's van vapes beter te kunnen beoordelen, moeten we meer te weten komen over:
- wat er gebeurt als smaakchemicaliën worden verhit en geïnhaleerd
- de interacties tussen verschillende e-vloeistof ingrediënten
- welke andere verontreinigingen aanwezig kunnen zijn in e-liquids
- nieuwe, mogelijk schadelijke stoffen in e-sigaretten.
Tot slot moeten we meer weten over hoe mensen e-sigaretten gebruiken, zodat we de gezondheidsrisico's in de echte wereld beter kunnen begrijpen en kwantificeren.
Dit artikel verscheen eerder in The Conversation.
Noot van de redactie: In België formuleerde de Hoge Gezondheidsraad formuleerde een advies over de inhoudsstoffen, de waarschuwingen en de etikettering van e-sigaretten: Dat is nog niet in wetgeving omgezet. Nederland staat al verder en voerde bijvoorbeeld een smaakjesverbod in, dat vanaf 1 januari 2024 van kracht gaat.