Jaarlijks worden in Nederland en België meer dan anderhalf miljoen mensen gebeten door een teek. Dit kan onschuldig zijn, maar je kunt er ook erg ziek van worden. Waarom bijt een teek? En wat moet je doen als je gebeten bent?
Een teek is een klein, plat spinachtig diertje, van één tot drie millimeter groot. Ze komen bijna overal ter wereld voor. Vaak zitten teken in gemengd loof- en dennenbossen met hoog gras. Op open terreinen zoals heidevelden vind je de diertjes meestal niet terug. In de stad zou je teken misschien niet direct verwachten, toch vindt één op de vijf tekenbeten plaats in steden. Dit gebeurt voornamelijk in stadsparken of de achtertuin.
Er zijn wereldwijd meer dan achthonderd verschillende soorten teken. In Nederland en België komen zo’n vijftien verschillende soorten voor waarvan de meest voorkomende de schapenteek (Ixodes ricinus) is. De afgelopen jaren hebben meer tekensoorten zich verspreid in België en Nederland. Zo komt tegenwoordig ook de vlekkenteek voor (Dermacentor reticulatus) en worden er af en toe ook reuzenteken (Hyalomma marginatum) waargenomen. De belangrijkste gastheren voor teken zijn muizen, konijnen, herten, katten, honden en soms mensen.
1. Hoe ziet het leven van een teek eruit?
Het leven van een teek bestaat uit vier levensstadia: ei, larve, nimf en volwassen teek. Tijdens de laatste drie stadia voeden de teken zich eenmalig met bloed, waarna ze doorgaan naar het volgende stadium. De huid van teken groeit niet mee, daarom vervellen ze om het volgende levensstadium te bereiken.
Het tekenseizoen loopt van maart tot en met oktober. Desalniettemin leven teken het hele jaar door. Teken zijn koudbloedig en ze worden dus pas actief zodra temperaturen boven de 5 à 10 graden Celsius gemeten worden. Bij een combinatie van warm weer en een hoge luchtvochtigheid zijn de teken het actiefst.
2. Waarom bijten teken?
Teken leven van bloed, het maakt niet uit of dit afkomstig is van een mens of dier. Door te bijten in de huid van mensen en andere dieren, voeden teken zich met bloed. Voor teken dient het bloed als maaltijd, zo bereiken ze het volgende levensstadium.
Daarnaast bijten volwassen vrouwtjes de gastheer voor bloed dat dient als voedingsstof voor het ontwikkelen van de eitjes. Na het paren, wat doorgaans op de gastheer gebeurt, voedt het vrouwtje zich met bloed. Haar lichaam zwelt hierbij zichtbaar op en vervolgens laat ze zich op de grond vallen. Een vrouwtjesteek legt gemiddeld tussen de duizend en tweeduizend eitjes per keer. Het paren doen vrouwtjes dan ook maar een keer. Nadat de eitjes gerijpt zijn, legt de teek ze op de grond en sterft zij.
3. Hoe herken je een tekenbeet?
Een teek die zich heeft vastgebeten lijkt op een klein spinnetje. De teek wordt groter naarmate meer bloed is opgezogen. Teken kunnen zich met bloed vullen totdat ze wel één centimeter groot zijn, dan lijken ze meer op een kleine bruine erwt. Na een beet bij een mens zal een teek meestal niet zo groot worden, omdat we ze vaak eerder opmerken en verwijderen. Als de teek zich heeft volgezogen, laat deze los en vaak zie je daarna niks meer van de beet. Soms kan je na de beet wat jeuk hebben.
Als een teek de bacterie bij zich draagt die de ziekte van Lyme veroorzaakt, ontstaat er vaak een rode kring rondom de beet. Bij mensen met een donkere huid is de ziekte van Lyme te herkennen aan een kleinere verkleurde plek die niet altijd rood hoeft te zijn. Deze plek of kring kan ontstaan op korte termijn, binnen drie tot tien dagen, maar ook binnen drie maanden.
4. Zijn tekenbeten gevaarlijk?
Teken dragen niet altijd bacteriën bij zich. Het kan wel: die zijn dan afkomstig van een eerdere ‘maaltijd’. Teken staan erom bekend dat ze de ziekte van Lyme overbrengen, toch gebeurt dit lang niet altijd. Bij ongeveer twee tot drie procent van de tekenbeten vindt een besmetting met de Lymebacterie plaats.
De ziekte van Lyme wordt veroorzaakt door een bacterie (Borrelia burgdorferi) die op het gehele noordelijke halfrond voorkomt. De symptomen die je krijgt, komen niet door een giftig stofje dat de bacterie verspreidt in je lichaam. Integendeel, het is je immuunsysteem dat doorslaat en je eigen lichaam aanvalt. In het speeksel van de teek zit een stofje dat de eerste immuunreactie van de gastheer onderbreekt. Daarom duurt het een tijdje totdat je de symptomen opmerkt. Meestal gaat het om een à twee weken, maar het kan ook enkele dagen of drie maanden duren. Verschillende klachten kunnen duiden op de ziekte van Lyme. De meest voorkomende zijn infecties van de huid (de welbekende rode ring), de grote gewrichten en het zenuwstelsel.
Naast de ziekte van Lyme kunnen teken ook nog andere micro-organismen meedragen, zoals het tekenencefalitis virus (TBE-virus). Dit virus veroorzaakt een hersenvliesontsteking. Tekenencefalitis werd tot 2016 alleen geregistreerd in het buitenland, waaronder Duitsland en Zwitserland, maar sindsdien zijn er ook besmettingen gemeld in Nederland. In België circuleert het virus alleen nog in wilde dieren, een besmetting bij mensen heeft nog niet plaatsgevonden.
Helaas kun je vanaf de buitenkant niet zien of de teek besmet is, daarom blijft het altijd van belang dat je de teek zo snel mogelijk op de juiste manier verwijdert. Daarnaast moet je de plek van de beet een aantal maanden na de beet goed in de gaten houden, zo zie je of er naderhand een rode kring ontstaat of dat de huid verkleurt.
5. Wat moet je na een tekenbeet doen?
Mocht een teek zich hebben vastgebeten dan is het belangrijk dat je het diertje zo snel mogelijk verwijdert. Hierdoor is de kans op besmetting met een ziekteverwekker het kleinst. Bij het verwijderen moet je de kop van de teek goed vastpakken. Dit kun je het best doen moet een puntig pincet of een speciale tekenverwijderaar. Het is belangrijk dat je de teek er in één beweging uittrekt, anders bestaat er de kans dat de teek gaat braken wat het risico op besmetting vergroot. Ook het gebruik van groene zeep, olie, een brandende sigaret of alcohol zal de teek irriteren en de kans op besmetting vergroten.
Het wondje na het verwijderen van de teek ontsmetten met alcohol is daarentegen wel een goed idee. Mocht er een stukje van de kop achterblijven dan is dat geen probleem, dit valt vanzelf uit.
6. Kun je tekenbeten voorkomen?
Als je gaat wandelen in de natuur kun je het beste op wegen en paden lopen, hier zitten minder teken. Verder kun je je kleding aanpassen en zo voorkomen dat een teek je bijt. Teken kunnen niet springen of vliegen, ze komen maximaal tot een hoogte van ongeveer anderhalve meter en stappen zo op mens of dier over vanuit de plek waar ze zitten. Daarom kun je het best een lange broek aantrekken. Het is nog beter als je je broek in hoge sokken stopt. Het bereiken van de huid is hierdoor nog moeilijker voor de teek.
Daarnaast is het slim om lichte kleding te dragen. Het is niet zo dat teken hier niet op af komen, maar hierop zijn de teken wel beter zichtbaar.
Bij thuiskomst is het belangrijk dat je jezelf en je geliefden controleert op vastgebeten teken. Teken houden vooral van warme plekjes zoals de liezen, bilspleet, oksels, achter de oren en in de knieholtes. Mochten er een of meerdere teken aanwezig zijn, dan verwijder je deze best zo snel mogelijk.
Het wordt ook aangeraden dat je je kleding op minimaal 60 graden wast of een half uur in de wasdroger stopt na een wandeling in de natuur. Dit droogt teken uit.
7. Zijn er meer teken door klimaatopwarming?
Klimaatopwarming beïnvloedt teken en tekenbeten op drie manieren. Allereerst zijn er tegenwoordig meer muizen, een belangrijke gastheer van de teek. Hierdoor kunnen de larven uitgroeien tot nimf. Vooral nimfen voeden zichzelf op mensen, dus het aantal tekenbeten neemt hierdoor ook toe.
Daarnaast zijn teken in hoge mate afhankelijk van het klimaat. Het zijn koudbloedige dieren die actief worden zodra temperaturen boven de 5-10 graden Celsius worden gemeten. Door de klimaatopwarming gaat de temperatuur omhoog. Waar vroeger de temperatuur in de winter niet boven de 10 graden Celsius kwam, is dat nu vaak wel het geval. Dat betekent dus dat teken actief zijn voor een langere periode.
Dat de temperatuur op meer dagen boven de 10 graden Celsius komt, betekent ook dat meer mensen de bossen intrekken. Hierdoor neemt het aantal tekenbeten dus ook toe.