Felle regenboogkleuren werken ook als camouflage

Dieren gebruiken hun metallische, felle kleuren niet alleen om een potentiële partner aan te trekken, maar ook om zich te verstoppen voor roofdieren.

Wanneer de zon op een zeepbel schijnt of wanneer je een CD kantelt, verschijnt een regenboogkleur. Dat noemen we iriseren. Het komt niet alleen voor bij voorwerpen: ook in de natuur vind je dieren, waaronder kevers en vogels, met een iriserende glans. Felle, glinsterende kleuren als camouflage lijkt niet logisch, maar toch ondervonden biologen dat kevers er op deze manier gebruik van maken. 

Juweelkever

Tot nu dachten we dat deze metallische kleur twee belangrijke functies heeft: de aandacht van een potentiële partner trekken en er giftig uitzien voor roofdieren. Biologen van de Universiteit van Bristol vroegen zich af waarom deze kleur afzonderlijk evolueerde bij zowel insecten, vogels en andere diersoorten. Daarom onderzochten ze meer over de biologische functie van de kleur.

De perfecte kandidaat voor het onderzoek is de juweelkever, bekend uit de kunstwerken van Jan Fabre. ‘De kevers zijn interessant omdat zowel de mannelijke als vrouwelijke variant de iriserende kleur bezit. Daardoor is de aantrekkingsfunctie van iriseren bij deze soort kever niet plausibel’, zegt evolutiebiologe Karin Kjernsmo (Universiteit van Bristol).

Op het Ladeuzeplein in Leuven prijkt een juweelkever van kunstenaar Jan Fabre.

Meester in de camouflage

De biologen plaatsten zowel iriserende als niet-iriserende kevers op glimmende bladeren waar de iriserende soort normaal zelf ook vertoeft. De niet-iriserende kevers werden vaker het slachtoffer van vogels die op zoek waren naar een maaltijd. Dat bewijst dat de metallische kleur mogelijk ontstond bij de kevers om hun grootste vijand, vogels, te verwarren en zo de eigen overlevingskansen te vergroten. 

Toch was er nog altijd de mogelijkheid dat vogels de iriserende kevers niet uitkozen omdat ze die als giftig beschouwen. Daarom besloot het team om ook mensen te testen. Een kleur die als afschrikking dient, wordt meteen opgemerkt. De mensen zouden de kever niet of minder snel vinden indien het om een camouflagefunctie gaat. Ze plaatsten de iriserende kevers opnieuw op dezelfde bladeren en ontdekten dat ook mensen moeite hadden met het lokaliseren van de juweelkevers. 

‘Het idee van iriseren als camouflage is niet nieuw, maar dit onderzoek is het eerste dat dit daadwerkelijk bewijst’, aldus evolutiebiologe Karin. ‘De studie bewijst dat iriseren als camouflage doeltreffend is. Dat kan aantonen waarom de metallische kleur afzonderlijk bij zo veel diersoorten evolueerden.’