Donderdag wordt wellicht de warmste dag in België sinds de eerste metingen. Wat is de oorzaak van die hitte, en heeft de klimaatverandering er iets mee te maken?
De voorspellingen suggereren dat op 25 of 26 juli 2019 het record van hoogst gemeten temperatuur in België verbroken zal worden. Oorzaak is hete lucht die vanaf het zuiden wordt aangezogen via een lagedrukgebied ten west van ons en een hogedrukgebied ten oosten.
De noordpool warmt sneller dan gemiddeld op. Daardoor vermindert het temperatuurverschil met de lagere breedtegraden. Net die temperatuurgradiënt voedt de straalstroom, een zone met hoge windsnelheden op zo’n 10 kilometer hoogte (dat is trouwens de reden waarom je sneller van de VS naar Europa vliegt dan omgekeerd).
Een zwakkere straalstroom geeft aanleiding tot meer golvende patronen in de atmosfeer, met meer kans op ongewoon warm weer voor regio’s binnen de noordwaarts gerichte stroming (zoals West-Europa op dit moment), of ongewoon koud weer voor regio’s binnen de zuidwaarts gerichte luchtstromen.
Veel heter dan in 1976
In welke mate de huidige hittegolf een gevolg is van de klimaatverandering, valt pas met zekerheid te zeggen na diepgaande en tijdrovende analyses.
Het patroon past in elk geval duidelijk bij wat we verwachten als gevolg van klimaatverandering. En in de vorige jaren kon een groeiend aantal attributiestudies het merendeel van de recente hittegolven minstens voor een deel toeschrijven aan klimaatverandering.
Hittegolven nemen de laatste jaren toe in frequentie, duur en intensiteit. In omvang verbleekt de hittegolf van bijvoorbeeld 1976 volledig ten opzichte van die van 2018 en vermoedelijk ook die van dit jaar.
Daarnaast valt het op dat meerdere hittegolven min of meer tegelijk plaatsvinden. Ook grote delen van het westen van Noord-Amerika kreunen deze weken onder de hitte. Zelfs in Alaska is er een hittegolf.
Een recente studie berekende dat de hittegolf die in 2018 grote delen van het noordelijk halfrond teisterde nooit zo’n omvang had gehad als de mens geen klimaatverandering had veroorzaakt. Maar liefst 22% van het noordelijk halfrond beleefde vorig jaar op hetzelfde moment ‘extreem hete’ dagen.
De studie stelde verder dat hittegolven van dergelijke omvang zich bij een opwarming van 1.5°C in ongeveer twee op drie jaren voordoen. Bij 2°C opwarming zal zowat elk jaar een hittegolf kennen, en ze zal minstens zo hevig zijn als die van 2018.
Denken zoals in Zuid-Europa
Droogte en hitte versterken elkaar. Het verdampen van water vergt energie en hoe meer energie naar verdamping gaat, hoe minder het oppervlak kan opwarmen. Als er weinig water is, draait deze natuurlijke airco op een lagere stand, waardoor de omgeving sneller opwarmt.
De felste hittegolven doen zich daarom meestal voor na een droge periode, zoals nu. Dit effect speelt ook in steden. Daar wordt veel regenwater snel afgevoerd, is er weinig verdamping en blijft de hitte gevangen tussen de hoge gebouwen.
Bij 2°C opwarming zal zowat elk jaar een hittegolf kennen, en ze zal minstens zo hevig zijn als die van 2018
Vooruitziend stadsbestuur maakt werk van maatregelen voor klimaatadaptatie, zodat de gevolgen van klimaatverandering draaglijker zijn voor de inwoners. Denk aan meer natuurlijke airco’s voorzien, zoals bomen, parken en wateroppervlakken. De lokale temperatuur wordt fel beïnvloed door zulke groene of blauwe oppervlakken. Soortgelijke maatregelen voeren ze in het warme zuiden van Europa al eeuwen door.
Een straat of tuin in de vlakke zon zal veel warmer worden dan eenzelfde straat of tuin in de beschutting van bomen. Lokale besturen, maar ook individuen kunnen de impact van hittegolven dus temperen door meer groen te voorzien, meer schaduw en minder verharde oppervlakken.
Ook de tuin zelf vaart er wel bij, want ook voor planten is het op hete dagen als deze code rood. Schaduw en genoeg drinken zijn dan ook voor flora aan te raden. Veel hoeven dit soort adaptatiemaatregelen niet te kosten. Er is alleen een omslag in het denken voor nodig.