Neushoorns op de Noordpool

Neushoorns en mammoeten konden ooit leven op de Noordpool dankzij proteïnerijke plantjes, ruigtekruid genaamd.

Dat ontdekten genetici van de Universiteit van Kopenhagen. Ze onderzochten het DNA van Arctische planten door middel van koolstof-14-datering van de permafrostlagen. Die techniek laat resultaten toe die veel gedetailleerder zijn gegevens uit pollenanalyses, de methode die wetenschappers doorgaans gebruiken voor dat soort onderzoek. Uiteindelijk brachten de Deense genetici de Noordpoolvegetatie in kaart van de afgelopen 50.000 jaar.

Uit het DNA-onderzoek bleek dat het gebied rond de Noordpool tot 10.000 jaar geleden bezaaid was met een bepaald soort proteïnerijke plantjes: ruigtekruid. Die begroeiing was naar alle waarschijnlijkheid van essentieel belang voor het overleven van grote zoogdieren, zoals mammoeten, wollen neushoorns en paarden. Die kwamen destijds in groten getale voor op Arctica.

Ongeveer 10.000 jaar geleden stierf het gros van de Arctische megafauna uit. Tijdens die periode raakte het gebied meer en meer bezaaid met houtachtige gewassen en grassen. De onderzoekers concluderen dan ook dat ruigtekruid een belangrijke voedselbron was voor de reuzenzoogdieren. De resultaten van de studie zijn gepbuliceerd in Nature. (adw)