De Europese Commissie wil tegen 2030 het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw halveren. Drie pesticiden op basis van neonicotinoïden zijn ondertussen al verboden vanwege hun impact op het ecosysteem, maar nieuwe pesticiden dreigen soortgelijke effecten te hebben.
Neonicotinoïden, een groep moleculen verwant aan nicotine, werken in op het zenuwstelsel van insecten. Ze hechten zich aan nicotine-acetylcholinereceptoren, waardoor de overdracht van prikkels verstoord raakt. Insecten verliezen hun beweeglijkheid en sterven uiteindelijk. Pesticiden op basis van neonicotinoïden zijn erg effectief, maar niet enkel tegen schadelijke insecten. Bijen, maar ook ongewervelde bodemdieren en vogels komen in de problemen door die stoffen.
'De receptoren waarop deze moleculen inwerken zijn aanwezig in verschillende taxonomische groepen, maar niet in gelijke mate' vertelt Claudia de Lima e Silva, onderzoeker aan Wageningen Univsersity & Research en gespecialiseerd in ongewervelde bodemdieren. 'Daarom ervaren bijvoorbeeld zoogdieren minder last van die pesticiden. Insecten hebben een veel hoger percentage van deze receptoren in hun zenuwstelsel, vandaar hun gevoeligheid. De pesticiden hopen zich op in het neuraal systeem en blokkeren de werking ervan. Bij bijen zien we dat deze stoffen dat hun immuunsysteem verstoord raakt, waardoor ze zich niet kunnen weren tegen virussen. Ook hun vermogen om te leren raakt ontregeld.'
De achteruitgang van bijen en andere bestuivers is de voornaamste reden voor het aan banden leggen van neonicotinoïden. Zonder insecten die planten bestuiven, raken heel wat teelten in de problemen. Maar de gevolgen reiken verder, aldus de Lima e Silva. 'Zo spelen regenwormen een belangrijke rol in een gezonde bodem omdat ze lucht, vocht en verkoeling in de grond brengen. Als zij het loodje leggen, gaat de bodemkwaliteit achteruit, wat gevolgen heeft voor de landbouw. Een ecosysteem bestaat nu eenmaal niet uit aparte elementen, maar is diepgaand verweven.'
Zelfde neurale mechanismen
Europa legde in 2018 het gebruik van drie types neonicotinoïden aan banden. Maar de wet voorziet een uitzondering in geval van nood. Als andere middelen niet helpen om een plaag onder controle te krijgen, mogen boeren er toch gebruik van. Sommige landen staan zo'n uitzondering vlotjes toe.
Tegelijk werkt de industrie aan nieuwe pesticiden voor de Europese markt. Deze middelen, bedoeld om pesticiden op basis van neonicotinoïden te vervangen, werken in op dezelfde neurale mechanismen bij insecten. De vrees is dan ook dat ze soortgelijke ongewenste neveneffecten hebben, vertelt de Lima e Silva. 'Er is nog maar weinig onderzoek naar de giftigheid van die stoffen. Maar aangezien ze op dezelfde manier te werk gaan, is het aannemelijk dat ze een vergelijkbare impact op het ecosysteem hebben. Sommige moleculen vertonen een omkeerbare binding met de receptoren, ze stapelen zich dus minder snel op. Maar dat wil niet zeggen dat de toxiciteit daarom lager is.'
Het probleem zit deels in de manier waarop men de risico's van pesticiden inschat, verduidelijkt de Lima e Silva. 'Onderzoek gebeurt in een gecontroleerde omgeving. Maar dat zegt niets over de gevolgen op populaties insecten over verschillende generaties, of over bredere effecten op het ecosysteem. We zitten vast in soort tunnelvisie als het gaat om het ontwikkelen van gewasbeschermingsmiddelen.'