Ondanks zeer koude winter blijft zuidpoolijs smelten

Volgens een nieuwsbericht op de site van CNN was de winter van 2021 op Antarctica de op één na koudste ooit gemeten. En dat in een jaar van extreme hitte! Dat lijkt misschien goed nieuws voor de ijskap op de Zuidpool, maar de langetermijntrends zijn minder rooskleurig.

Op de Zuidpool gaat de zon onder rond 20 maart en komt ze pas zes maanden later weer op, rond 20 september. Tijdens de zuidpoolnacht van 2021 was de gemiddelde temperatuur -60,9 °C, ‘een kouderecord’, aldus het National Snow and Ice Data Center (NSIDC) van de VS. De winter van 2021 was de op één na koudste ooit, met een gemiddelde temperatuur voor juni, juli en augustus van -62,9 °C. Sinds de start van de weermetingen van het Amundsen-Scott Zuidpoolstation, zestig jaar geleden, was alleen de winter van 2004 kouder. 

Volgens het NSIDC was de ongewone koude te wijten aan twee lange periodes met sterkere circulaire winden rond het continent, die de ijskap afschermden van warmere omstandigheden. Die gingen samen met een bijzonder sterke polaire vortex. Hoe sterker die winterse koude luchtbel in de stratosfeer is, des te sterker zijn de winden en des te groter is het temperatuurverschil tussen de pool en het gebied errond. Volgens klimaatonderzoekers aan de Universiteit van Leeds verandert deze ene ijskoude winter dan ook niets aan de lange termijntrend: snelle opwarming. Weer is immers geen klimaat. Hoewel de aarde in totaal steeds warmer wordt, komen koude periodes lokaal nog altijd voor.

Warmterecord

De recente koude zuidpoolwinter is volgens klimaatonderzoekers dus zeker interessant, maar niet typisch voor de evolutie in Antarctica op lange termijn. De zuidpoolregio warmde de afgelopen decennia immers sneller op dan gelijk welke plaats op het zuidelijk halfrond. Antarctica heeft vorig jaar trouwens ook zijn warmste temperatuur ooit geregistreerd. Op 6 februari 2020 mat het Esperanza Research Station een temperatuur van 18,3°C. Daarmee werd het vorige record van 17,5°C van maart 2015 verbroken.

Dankzij de extreme koude was het ijsoppervlak op Antarctica aan het einde van deze winter groter dan gemiddeld, met eind augustus een piek. Dat toont hoe belangrijk het is om minder CO2 uit te stoten, om zo de temperatuurstijging tegen te gaan. Want dat dat nog nodig zal zijn, lijdt ook na een koude antarctische winter immers geen twijfel. Begin oktober tweette het NSIDC al dat er ondertussen een sterke afname van de ijskap was ingezet.