Beeld: De Patania II tijdens eerdere proeven.
Het Belgische bedrijf Global Sea Mineral Resources (GSR), een dochteronderneming van de Belgische baggeraar Deme, doet in de Stille Oceaan onderzoek naar het oogsten van zogenoemde mangaanknollen, die verspreid liggen op de diepzeebodem. Die knollen, ter grootte van forse aardappelen, bevatten niet alleen mangaan maar onder meer ook nikkel, koper en kobalt. De zuigrobot Patania II verzamelt die knollen terwijl hij op meer dan vier kilometer diepte over de zeebodem rijdt. Momenteel kampt het experiment met technische problemen: doordat de verbinding met de 25 ton zware robot verloren ging, ligt die nu stil op de oceaanbodem.
‘Maar voor de wetenschap is het experiment geslaagd’, zegt marien bioloog Ann Vanreusel (Universiteit Gent), die bij het onderzoek naar de impact van het project betrokken is. In het kielzog van de GSR-boot vaart een schip mee met wetenschappers verbonden aan 29 Europese onderzoeksinstellingen. ‘We hebben al waardevolle data kunnen verzamelen die zullen toelaten de impact van diepzeemijnbouw beter in te schatten. Want de enige manier om daar iets over te leren, is door het te doen.’
Voor en na
‘Eén van de grote vragen is hoe het sediment dat opdwarrelt door de activiteiten van de robot zich gedraagt’, legt Vanreusel uit. ‘Om hoeveel sediment gaat het, en over welke afstand verspreidt die sedimentpluim zich? Dat bepaalt voor een groot stuk hoe ver de impact van de mijnbouwactiviteiten reikt. De Patania II heeft in een zone van 150 bij 150 meter knollen verzameld en we hebben het gedrag van de sedimentpluim daarbij uitvoerig kunnen monitoren. Zowel in als rond de exploitatiezone meten sensoren hoeveel bodemdeeltjes er in het water zweven. En dat zowel op vaste punten als met behulp van onderwaterrobots. Vrijwel alle sensoren hebben goed gefunctioneerd. Met die gegevens kunnen we het gedrag van sedimentpluimen beter modelleren.’
‘Je kan zeggen ‘we gaan dit niet doen’, maar daarmee verdwijnt onze behoefte aan metalen niet’ marien bioloog Ann Vanreusel (Universiteit Gent)
De wetenschappers maken ook scans en foto’s, en nemen bodemstalen voor en na de passage van de robot, om inzicht te krijgen in de mate waarin die het gebied verstoort. ‘Die bodemstalen leren ons iets over de impact op biochemische processen zoals koolstofopslag’, zegt Vanreusel. ‘En we gaan na welke organismen erin voorkomen en of die overleven. We nemen ook bodemstalen op vaste afstanden van de exploitatiezone om te controleren hoeveel sediment er neerslaat en wat de impact daarvan is op het bodemleven. Later keren we nog naar dit gebied terug om de gevolgen op langere termijn te onderzoeken.’
Onbekend impact
Milieu-organisatie Greenpeace verkneukelt zich in de technische tegenvaller en roept op diepzeemijnbouw te staken wegens veel te risicovol. ‘Je kan zeggen ‘we gaan dit niet doen’, maar daarmee verdwijnt onze behoefte aan metalen niet’, vindt Vanreusel. ‘Die halen we nu uit mijnen op het land die ook een impact hebben. Het klopt dat we over de impact van diepzeemijnbouw nog niet veel weten, maar dit experiment laat net toe daar iets over te leren. Het is dan aan ons als samenleving om te bepalen of we die impact verantwoord vinden.’