Wie aan zomer denkt, denkt anno 2021 aan hitte, droogte, hoge UV-indexen en hoge ozonconcentraties. Toch hadden we dit jaar een kwakkelzomer. Hoe komt dat?
Door de verstoring van het klimaat is het aantal hittegolven in ons land en de duur ervan de laatste tientallen jaren toegenomen, en dat creëert een bepaald verwachtingspatroon bij de eigenaars van zwembaden en verkopers van airco’s. Nochtans bleef de algemeen verwachte hitte dit jaar uit in ons land en beleefden we een opvallend sombere en recordnatte zomer, tot groot jolijt van de uitbaters van cinemazalen en indoor speeltuinen.
We bekeken de weerkundige zomer, die liep van 1 juni tot en met 31 augustus, en maakten de balans op.
De drie zomermaanden in cijfers
Wanneer we cijfers van de drie zomermaanden vergelijken met de gemiddelde waardes van de referentieperiode 1991-2020, zien we meteen enkele uitschieters. De Belgische zomermaanden zijn dan ook alle drie op hun eigen manier opvallend te noemen.
Juni was een relatief natte maar ook warme maand met een gemiddelde temperatuur die maar liefst 1,9°C hoger lag dan de normaalwaarde. Ook het aantal zomerdagen lag hoger dan normaal. Met deze cijfers staat juni 2021 op de zesde plaats van warmste junimaanden ooit gemeten sinds het begin van de waarnemingen in Ukkel in 1833. Uit het klimatologisch maandrapport van deze eerste zomermaand leek alles opnieuw te wijzen in de richting van een recordwarme zomer.
Juli was dan weer somber en vrij fris met een gemiddelde temperatuur van net geen 18°C. Toch onthouden we juli voornamelijk als een uitzonderlijk natte maand. In Ukkel viel er 166,5 mm neerslag (normaal 76,9 mm) en daarmee staat juli 2021 op de vijfde plaats van natste julimaanden sinds het begin van de waarnemingen.
Meer dan twee keer de normale hoeveelheden werden dus gemeten in Ukkel, maar lokaal viel er minstens drie keer zoveel, met de gekende rampzalige gevolgen. Het overgrote deel van deze extreme hoeveelheden viel tussen 13 en 15 juli als gevolg van een quasi-stationaire storing die voor een “waterbom” van continue regen zorgde. In Jalhay viel er 272 mm neerslag op 48 uur tijd, in Spa 217 mm.
De link met de verstoring van ons klimaat is hier duidelijk te maken. In een warmer wordende omgeving kunnen storingen grotere hoeveelheden neerslag bevatten en vertonen ze de neiging zich minder snel te verplaatsen (en blijven ze dus langere tijd boven eenzelfde plaats slepen).
De maand augustus telde slechts twee zomerse dagen en was met een gemiddelde temperatuur van 16,9°C anderhalve graad te fris. Met 123,2 mm neerslag en slechts 144 u zonneschijn was het opnieuw een natte en sombere maand.
De Belgische zomer van 2021
Wanneer we uiteindelijk de balans opmaken van de drie maanden samen en dus van de zomer van 2021, dan valt op dat we geen enkele tropische dag (30°C of meer) kregen en slechts veertien zomerse dagen (25°C of meer). Toch bedroeg de gemiddelde temperatuur van de zomer 17,8°C, wat perfect normaal is. Hoewel de temperaturen in juli en augustus ondermaats waren, heeft de relatief warme maand juni 2021 veel goedgemaakt. Ook was de gemiddelde minimumtemperatuur iets hoger dan normaal, wat de lage gemiddelde maximumtemperatuur compenseert.
Wat de neerslaghoeveelheden betreft, noteren we een record. Gemiddeld valt er in een Belgische zomer 243,2 mm neerslag, maar de zomer van 2021 was veel natter. Recordnat zelfs! In drie maanden tijd viel er in Ukkel 410,7 mm en daarmee verbreken we het vorige record van 364,8 mm dat dateerde uit 1992.
De windmolens kregen een gemiddelde windsnelheid van slechts 2,8 m/s en daarmee is de zomer van 2021 de op één na kalmste zomer van de referentieperiode. En ook voor onze zonnepanelen was het een ondermaatse zomer met slechts 513 u zonneschijn, terwijl we normaal 595 u mogen verwachten.
De weerkundige zomer van 2021 was dus recordnat, somber, kalm, maar normaal wat de gemiddelde temperatuur betreft.
Waarom kwakkelde onze zomer zo?
Ons weer wordt bepaald door temperatuurverschillen en bijbehorende drukverschillen op ongeveer tien kilometer hoogte. Dit “hoogtepatroon” van drukverschillen stuurt luchtmassa’s en storingen aan en bepaalt uiteindelijk de windrichting op lagere niveaus en bijgevolg ook ons weertype.
Afgelopen zomer stelden we veel grote kronkels vast in dat hoogtepatroon met als boosdoener een blokkerende uitloper van hogedruk (een “hoogtewig”) boven de Atlantische Oceaan. Als gevolg hiervan duikt er aan de oostzijde relatief frisse lucht naar het zuiden, waardoor onze streken vaak in een uitloper van lagedruk (een “hoogtetrog”) terecht kwamen.
‘Deze configuratie zorgde bij ons overwegend voor een westelijke wind en dus aanvoer van frisse zeelucht, terwijl aan de oostzijde van de hoogtetrog zeer warme lucht uit Afrika richting Zuid-, Centraal- en Oost-Europa werd geduwd en daar voor hitte en droogte zorgde’, legt weerexpert Jurgen Buelens uit.
‘Bovendien zorgden koude bovenluchten voor onstabiliteit in de atmosfeer, wat de zomer wisselvallig maakte met regelmatig buien en onweer’, treedt Fabian Debal van het KMI bij.
De voorbije jaren zag dat hoogtepatroon er anders uit en bevond België zich lange tijd in de zeer warme lucht, met twee hittegolven in 2018, drie in 2019 en een hittegolf van maar liefst twaalf dagen in 2020.
Na de voorbije (record)warme zomers was iedereen er blijkbaar al gewoon aan geworden, maar wisselvallige zomers zoals deze van 2021 zullen blijven bestaan, al blijkt uit de statistieken dat de kans op hittegolven toeneemt.
In de rest van de wereld
Onze buurlanden, en bij uitbreiding West-Europa, zaten de afgelopen maanden in hetzelfde schuitje. Lagedrukgebieden domineerden ook daar met een nat weerbeeld tot gevolg. Vooral de eentonigheid viel daarbij op. Dit valt te verklaren door de blokkering van het hoogtepatroon. De drukgebieden in de hoogte vertoonden een monotoon meanderend patroon, met standvastig wisselvallig weer bij ons en slechts af en toe een zonnige en droge adempauze.
In Zuid- en Oost-Europa kenden ze een heel ander weertype, met eenzelfde eentonigheid. Lange periodes van (extreme) hitte en droogte sloegen er toe, met verwoestende bosbranden tot gevolg. In Sicilië werd 48,8°C gemeten op 11 augustus 2021, wat een verpulvering van het Europese hitterecord zou beteken (48,0°C, gemeten op 10 juli 1977 in Athene), al moet dat record nog wel bevestigd worden door de World Meteorological Organisation.
Ook elders in de wereld sneuvelden opnieuw records als gevolg van de klimaatverstoring. Zo neemt de maand juli een top 10 plaats in van warmste julimaanden ooit gemeten in Azië, Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Afrika en Oceanië. Azië beleefde zelfs haar warmste maand juli ooit gemeten.
Wereldwijd was de voorbije maand juli de warmste maand ooit gemeten op aarde. De globale gemiddelde temperatuur lag 0,93°C hoger dan het gemiddelde van 15,8°C en 0,02°C hoger dan het vorige record dat dateerde uit 2016. Gezien het relatief warme voorjaar is de kans dan ook groot dat het volledige jaar 2021 in de top tien van warmste jaren terecht zal komen.