‘Weet je wat gek is? Dag per dag lijkt er niets te veranderen. Maar snel genoeg is alles anders.’ Dat zegt Calvin tegen zijn knuffeltijger Hobbes in één van de strips van Bill Watterson. Herkenbaar is het zeker. Als je elke dag naar school of werk gaat, dan lijkt het of er aan de sleur nooit iets verandert. Maar als je afstudeert of van werk verandert en na enkele jaren terugkeert, dan blijkt er veel meer veranderd dan je ooit voor mogelijk had gehouden.
We kunnen het gras niet letterlijk horen groeien, zelfs al zien we na enkele dagen het verschil. Veel transformaties in ons leven voltrekken zich geleidelijk of in kleine stapjes. Als kleine stappen echter dezelfde richting uitgaan, dan kan het nettoresultaat overweldigend zijn. De Amerikaanse kunstenaar Jonathan Schipper confronteert ons met ons onvermogen om verandering in al haar details te vatten. In diverse galerijen stelde hij zijn project Slow Motion Car Crash voor. In een eerste versie liet Schipper twee miniatuurauto’s uiterst traag frontaal botsen. Vervolgens bouwde hij een levensgrote machine, die een echte auto tegen een muur liet crashen. De totale vernieling was bij voorbaat onvermijdelijk. Het publiek stond erbij, maar zag het niet gebeuren, omdat het hele proces een maand duurde.
Kunstencentrum STUK in Leuven kreeg de primeur voor de levensgrote versie van het kunstwerk – in 2008 was dat. Misschien was je er toen bij of las je erover in de krant, zoals ik. Sinds ik erover las, crasht die auto nog steeds uiterst traag in mijn hoofd. Niet in de loop van een maand, maar al bijna tien jaar.
Ik probeer te beseffen dat ook dat nog zeer snel is in vergelijking met geologische tijdschalen. De spanne waarin de aarde zich vormde, en het bestek waarin het leven via evolutie tot veelvormige oplossingen kwam voor overleven en voortplanten: vanuit dit perspectief is de moderne mens, samen met menselijke communicatie, nog maar pas op het toneel verschenen. Voor er mensen waren werd er op onze planeet nooit gepraat over het weer. Dat verandert in onze contreien voortdurend, terwijl er over langere periodes toch duidelijke trends en langlopende gemiddelden te ontdekken vallen. Die gemiddelden kunnen zelf ook veranderen, maar dat doen ze meestal traag. De klimaatverandering die we nu meemaken lijkt veel sneller te gebeuren dan wat de mensheid tot nu toe heeft meegemaakt. Anderzijds blijft ze te traag en te groot om er vat op te krijgen zonder hulpmiddelen, zoals systematische waarnemingen en klimaatmodellen.
Zo vormen klimaatwetenschappers zich een helder beeld van iets dat ook zij niet met een blik door het raam kunnen zien. Als niet-specialist hebben we nood aan hun verhalen om zelf tot een beeld te komen. In de zomer van 2017 schreef klimaatwetenschapper Kate Marvel een ‘horrorverhaal in slow motion’ over haar studiegebied.
"Om te beginnen hadden we onze planeet nooit ’Aarde’ mogen noemen." Kate Marvel
Ze start het verhaal als volgt: om te beginnen hadden we onze planeet, waarvan het oppervlak voor driekwart uit zoutwater bestaat, nooit ’Aarde’ mogen noemen. Als we iets dumpen in de zee verwachten we het nooit meer terug te zien; toch spoelen er geregeld spullen aan. En al zo lang lozen we zo veel extra broeikasgassen in de atmosfeer. Vroeg of laat krijgen we ook dat terug. De oceanen en de atmosfeer fluisteren voortdurend tegen elkaar – wat ze dan vertellen, verandert geleidelijk door onze impact. Een kind dat op het strand loopt, beseft de gevaren van de diepte niet, schrijft Marvel. We moeten het vertellen dat er een monster in de diepte huist. ‘Dat weten we. Want we hebben het daar zelf gestopt.’
Het is alsof de Slow Motion Car Crash versnelt, hoewel ook die versnelling vooralsnog onmerkbaar klein is. De afloop is echter niet onvermijdelijk: we zijn allemaal onderdeel van de machine. Wat we nu doen heeft weliswaar pas effect in de toekomst. Onze maatschappij lijkt niet goed georganiseerd om op dit soort tijdschalen beslissingen te nemen. Maar ook dat is te veranderen: met vele kleine stappen kunnen we iets groots bereiken.
Deze tekst is eerder verschenen als column in Eos (oktober 2017).