Mini-zwart gat vliegt als een naald of kogel door je heen

Oer-zwarte gaten zouden niet zijn gevormd uit ingestorte sterren, maar uit fluctuaties vlak na de oerknal. Wat zou er gebeuren als er zo eentje ons pad kruist?

Ze zijn nog zuiver hypothetisch, maar kunnen op steeds meer interesse rekenen van fysici. Zogeheten oer-zwarte gaten zouden niet groter zijn dan een micrometer (een duizendste van een millimeter), maar ze zouden evenveel kunnen wegen als een asteroïde. Ze zouden ontstaan zijn vlak na de oerknal, uit fluctuaties met een extreem hoge dichtheid in de alomtegenwoordige hete materie. Voldoende grote en zware exemplaren zouden ook vandaag nog, 13,8 miljard jaar later, kunnen bestaan. Al is het dan in veel kleiner formaat dan stellaire zwarte gaten, ontstaan uit ingestorte sterren.

Sommigen denken dat oer-zwarte gaten de donkere materie herbergen waar al zolang naar wordt gezocht. Maar een Amerikaans fysicus nam ze omwille van een andere, meer originele reden onder de loep. Hij vroeg zich af wat er met ons lichaam zou gebeuren als het in botsing kwam met een oer-zwart gat.

Fatale afloop

Hij kwam tot de slotsom dat het oer-zwarte gat op twee manieren zou inwerken op ons lichaam. Via zogenoemde getijdenkrachten (via de zwaartekracht) zou het dichterbij gelegen weefsel sterker aantrekken dan verder gelegen cellen. Het effect zou vergelijkbaar zijn met een heel dunne naald die door je heen gaat. Dat zou vooral schade kunnen opleveren aan onze hersencellen, die erg groot en gevoelig zijn. 

Maar de schokgolven die het passerende oer-zwarte gat zou opwekken, zouden veel gevaarlijker zijn. De golven zouden een energie kunnen hebben vergelijkbaar met die van een afgeschoten geweerkogel. De natuurkundige kwam tot de conclusie dat een ontmoeting met een oer-zwart gat inderdaad fataal kan aflopen. 

Al is de kans dat je door een verdwaalde kogel wordt geraakt, nog veel en veel groter dan dat er een oer-zwart gat langskomt. Als deze minuscule zwarte gaten inderdaad bestaan, zijn ze wellicht heel dun gezaaid over het heelal.

Bron: Vanderbilt University, Tennessee, Verenigde Staten