Weekdier helpt tandarts

Dankzij zijn schelp kan een mossel heel wat aan: beukende golven, extreme hitte, zout water en snijdende wind. Maar de schelp is niet zijn sterkste onderdeel. Binnenin hebben mossels een voetklier die een kleverige substantie afscheidt. Die bestaat uit eiwitten en verhardt buiten de schelp tot kleefdraden. Ze zijn erg taai en elastisch. Mossels gebruiken ze om aan rotsen en stenen te blijven plakken.

Amerikaanse onderzoekers vroegen zich af of ze de eigenschappen van die zogeheten byssusdraden konden nabootsen en toepassen op een composiet voor tandheelkundige ingrepen. Vandaag gaan vullingen, kronen of implantaten hooguit tien jaar mee. Kauwen, knarsen en hard of zuur eten doen ze scheuren.

De onderzoekers ontdekten dat de kleefdraden hun plakvermogen danken aan catechol, een organische verbinding. Die stof gebruikten ze in het nieuwe tandcomposiet. Met succes: het middel kleeft tien keer beter en is twee keer taaier dan het oude composiet op basis van silaan.

Over enkele jaren hopen de onderzoekers dat het product klaar is voor de markt.