Zeldzaamste element uit tabel van Mendeljev geproduceerd

15 mei 2013 door Eos-redactie

Wetenschappers van het CERN in Genève hebben voor het eerst het uiterst zeldzame astaat geproduceerd. Zo konden ze enkele basiseigenschappen bestuderen. In een ander experiment toonden de onderzoekers aan dat sommige atoomkernen peervormig zijn.

Wetenschappers van het CERN in Genève hebben voor het eerst het uiterst zeldzame astaat geproduceerd. Zo konden ze enkele basiseigenschappen bestuderen. In een ander experiment toonden de onderzoekers aan dat sommige atoomkernen peervormig zijn.

Het radioactief element astaat of astatium is het meest zeldzame element van de tabel van Mendeljev. Zo zeldzaam – er is tot nu toe slechts 30 gram op aarde gemeten – dat we een aantal basiseigenschappen nog niet kennen. Astaat werd in 1940 ontdekt. Het zou ontstaan door het verval van thorium en uranium.

Een team internationale onderzoekers - onder hen wetenschappers van KU Leuven - zijn er in het CERN in Genève in geslaagd om astaat in meetbare hoeveelheden te produceren. Bovendien konden ze met een laserlicht de energie bepalen die nodig is om een elektron van een atoom astaat af te splitsen om zo een ion te maken.

Met die methode kan men de chemische eigenschappen van astaat ontsluieren, maar ook de zwaarste elementen in de tabel van Mendeljev bestuderen. Dat zou het mogelijk maken om astaat op termijn in te zetten bij de behandeling van kanker.

Geen bol

In een ander experiment van dezelfde onderzoekers werd aangetoond dat sommige atoomkernen van het element radium peervormig zijn. Tot nu toe werd aangenomen dat alle atoomkern de vorm van een bol of een rugbybal hadden. Voor bepaalde kernen had de theorie al een asymmetrische vorm voorspeld, maar tot nu toe was die nog nooit waargenomen. Nu wel dus. Deze bevindingen zullen niet alleen helpen de kernmodellen verder te verfijnen, maar ook om het Standaard Model over de kleinste deeltjes - een breed aanvaarde theorie die ook beschrijft hoe we het universum kunnen begrijpen - aan een zware test te onderwerpen.

Beide experimenten gebruikten kortlevende radioactieve atoomkernen geproduceerd met de ISOLDE-opstelling van het CERN, en zijn beschreven in Nature en in Nature Communications.