MS-patiënten hebben een verhoogde concentratie van een bepaald type afweerstof in hun ontlasting, bloed en hersenvocht. Die bevindingen helpen mogelijk de ziekte te behandelen en eerder op te sporen.
Bij multiple sclerose (MS) valt het eigen immuunsysteem de witte stof rond de uitlopers van zenuwcellen aan, de myeline. De myeline zorgt er normaal gezien voor dat hersencellen goed met elkaar en met de rest van het lichaam kunnen communiceren. Door de beschadigingen treden onder meer verlammingsverschijnselen op.
Steeds meer studies wijzen op een verband tussen de darmflora en MS. Het is nog niet precies duidelijk hoe dat verband eruitziet, of welke bacteriën bijvoorbeeld mogelijk een belangrijke rol spelen. Een internationaal team van onderzoekers bestudeerde de afweerstof immunoglobuline A. De antistof komt voor op het oppervlak van zogenoemde immunoglobuline A+ B cellen en speelt een belangrijke rol in onder meer de afweer in de slijmvliezen, zoals de darm. De afweerstof is daarom belangrijk voor de gezondheid van de darmen.
Hoogste concentratie antistof
De onderzoekers bestudeerden de ontlasting, het bloed en het hersenvocht van mensen met en zonder MS. Ook onderzochten ze dat bij mensen met een neurodegeneratieve ziekte, zoals alzheimer en parkinson, waarbij ook hersenschade is ontstaan. De deelnemers met MS bleken een hogere concentratie van de afweerstoffen in hun ontlasting, bloed en het hersenvocht te hebben dan de deelnemers zonder MS en met een neurodegeneratieve stoornis. De concentratie afweerstoffen bleek hoger te zijn in de deelnemers met een opleving van de ziekte in vergelijking met patiënten met wie het al beter ging.
De wetenschappers onderzochten ook de hersenen van een aantal overleden MS-patiënten, mensen met neurodegeneratieve aandoeningen en mensen zonder hersenaandoeningen. Ook daar vonden ze hoge concentraties immunoglobuline A in MS-patiënten op plaatsen waar veel beschadigingen te zien waren. Met deze bevindingen onderstrepen de wetenschappers het idee dat de darmenflora een belangrijke rol speelt in MS. De wetenschappers suggereren dat de immunoglobuline A+ B cellen in de darmen ontstaan en naar het centrale zenuwstelsel reizen en daar een rol spelen bij de ms-achtige ontstekingen. De antistoffen komen mogelijk ook via het bloed terecht in het brein.
‘Er zijn nog veel meer mechanismen die mogelijk een rol spelen in de link tussen de darmflora en MS’
‘De studie geeft inzicht in welke stoffen een rol spelen in de relatie tussen de darmenflora en MS’, zegt Jon Laman, hoogleraar Immunology of Ageing (Universiteit Medisch Centrum Groningen), niet betrokken bij het onderzoek. ‘Er zijn nog veel meer mechanismen die mogelijk een rol spelen in de link tussen de darmflora en MS.’
Laman noemt het een buitengewoon interessant onderzoek. ‘Dit is een van de eerste prominente onderzoeken die dit type antistof bekijkt in relatie tot het menselijk brein,’ legt hij uit. Welke rol de antistoffen precies spelen bij MS is voer voor vervolgonderzoek. Mogelijk kunnen de bevindingen leiden tot nieuwe behandelingen van de ziekte, of kan de antistof als biomarker optreden, om oplevingen van ziekte eerder op te sporen.
De bevindingen zijn gepubliceerd in het vakblad Science Immunology.