Verdovende middelen als propofol en lachgas, maar ook kalmeringsmiddelen kunnen leiden tot levendige en gedetailleerde seksuele hallucinaties. Sommige patiënten maken suggestieve of seksueel getinte opmerkingen of gaan over tot actie. Anderen ontwaken en denken ten onrechte dat ze seksueel misbruikt zijn. Waarom gebeurt dat?
Artsen weten al lang dat verdovende en hypnotiserende medicijnen - die de hersenactiviteit vertragen om te kalmeren of slaap op te wekken - de perceptie van de werkelijkheid kunnen beïnvloeden. Een onderzoek uit 1984 naar midazolam, ketamine en thiopental wees uit dat bijna een op de vijf patiënten onder narcose voor een tandheelkundige of medische ingreep moeite had om werkelijkheid van fantasie te onderscheiden. Dat was zowel tijdens als kort na de toediening het geval. Uit een studie uit 1980 bleek dan weer dat zowat een op de zeven patiënten seksuele dromen had of seksueel opgewonden raakte tijdens de anesthesie. Die twee eigenschappen van verdoving kunnen samen leiden tot seksuele hallucinaties.
Uiteraard bestaan er zeldzame gevallen waarin het geen hallucinatie bleek te zijn. Zo werd in 1991 een student onder narcose seksueel misbruikt door een gezondheidswerker. De zaak werd aanvankelijk geseponeerd, omdat men ervan uitging dat de patiënt hallucineerde en het misbruik niet echt had plaatsgevonden. Genetisch bewijsmateriaal leidde later echter tot de veroordeling van de zorgverlener. Er kan dus niet worden aangenomen dat alle gevallen van seksueel geweld onder narcose het gevolg zijn van seksuele hallucinatie.
Mond, teelbal of lies
Wij hebben de medische literatuur onderzocht over seksueel misbruik of seksuele fantasieën tijdens anesthesie vanaf het vroegste gedocumenteerde geval tot februari 2023. We vonden 87 gerapporteerde gevallen uit 17 gepubliceerde artikelen. Bij zestien cases rapporteerden de patiënten seksueel amoureus gedrag of vermeend seksueel geweld. Bij die operaties waren waarnemers – zorgverleners of familieleden – aanwezig, waardoor we bijna zeker weten dat het om hallucinaties ging.
We vonden een opvallende overeenkomst tussen de plek van de ingreep en de plek waar de patiënt ongewenst seksueel contact ervaarde. Gebeurde de operatie aan de mond, dan werd dat ervaren als orale seks. Het dichtknijpen van een teelbal om een ader toegankelijker te maken, leek op het knijpen in de penis. Borstprocedures werden ervaren als het strelen van de borst, en liesprocedures als vaginale penetratie.
Mensen die een galblaas- of blindedarmoperatie ondergingen, meldden geen seksuele hallucinaties, zo blijkt uit een onderzoek onder tweehonderd patiënten die allerlei ingrepen ondergingen. Van de vrouwen die een vaginale ingreep moesten laten uitvoeren, vertoonde een op de acht amoureus of seksueel ontremd gedrag.
Trauma’s voor patiënten en zorgverleners
Narcose kan dus leiden tot vervormingen in de waarneming en hallucinaties. Die effecten kunnen nog lang na de operatie een ernstige impact hebben op het leven van zowel patiënten als zorgverleners. De emotionele onrust die een patiënt met levendige seksuele hallucinaties doormaakt, is waarschijnlijk dezelfde als na daadwerkelijk seksueel geweld. Ook bij zorgverleners kan het leed veroorzaken. Sommige zorgverleners die onterecht beschuldigd werden van seksueel misbruik, zijn voor de rechtbank gedaagd of mochten hun beroep niet langer uitoefenen.
Als patiënten weten dat seksuele hallucinaties een bijwerking kunnen zijn van anesthesie, is de kans kleiner dat ze geloven dat die hallucinaties echt zijn. Toch sluit dat niet uit dat de ervaring traumatisch kan zijn.
In ons literatuuronderzoek waren er 71 gevallen waarbij de patiënt en de zorgverlener alleen waren tijdens de operatie. Veiligheidscamera’s of getuigen toelaten tijdens operaties of tandheelkundige ingrepen kan de veiligheid en het welzijn van patiënten en zorgverleners vergroten. Die maatregelen helpen seksueel geweld te voorkomen en kunnen patiënten geruststellen dat de hallucinaties die ze ervaren niet echt zijn.
Maar dat is niet genoeg. De gezondheidszorg moet nog verder gaan in het beschermen van patiënten. Zo zouden patiënten die worstelen met het trauma van gehallucineerd seksueel geweld, zelfs als er bewijs is dat dit niet echt heeft plaatsgevonden, psychologische begeleiding en ondersteuning moeten krijgen.
Nog veel onbekende factoren
Waarom hebben sommige mensen seksuele hallucinaties na narcose en anderen niet? En waarom herinneren sommigen zich die hallucinaties zo levendig dat ze denken dat het echt is gebeurd?
In 2009 gebeurde onderzoek naar dromen bij zowat honderd patiënten die propofol kregen. Wie zich zijn dromen nadien herinnerde, bleek een hogere dosis verdovende middelen te hebben gekregen. Zij ontwaakten later uit de anesthesie dan diegenen die zich hun dromen niet herinnerden en waren vaker jonger dan vijftig. Een onderzoek uit 2013 bij tweehonderd patiënten wees uit dat mannen zich vaker dromen herinnerden na narcose, maar dat vrouwen zich vaker nare dromen herinnerden.
Dromen en hallucinaties zijn natuurlijk niet helemaal hetzelfde. Zo geloven mensen die hallucinaties ervaren vaker dat die echt zijn, terwijl dat bij dromen meestal niet het geval is.
In de literatuur vonden wij dus 87 gevallen van seksuele hallucinaties. Dat zijn de gerapporteerde gevallen. Hoeveel er werkelijk zijn, is niet duidelijk. Daarvoor is meer onderzoek nodig, via een grote steekproef bij patiënten. Farmabedrijven zijn echter terughoudend om geld te spenderen aan onderzoek dat zou kunnen aantonen dat hun medicijnen bijwerkingen veroorzaken.
Slaap- en kalmeermiddelen
Tot slot nog dit. Het gaat niet alleen om narcose bij operaties. Miljoenen mensen gebruiken kalmerings- of slaapmiddelen op voorschrift. Bij benzo’s, Z-drugs, opioïde pijnstillers en spierverslappers zijn gevallen bekend van patiënten die hallucinaties kregen tijdens het gebruik.
Van 1974 tot 2022 kwamen bij de Amerikaanse FDA – de Food and Drugs Administration – meldingen binnen van ruim dertigduizend gevallen van ‘abnormaal dromen’ na medicijngebruik. In de meeste gevallen ging het om medicatie tegen slapeloosheid, angst, pijn en spierkrampen. De rapporten specificeren de aard van deze dromen niet, noch hoe ze het welzijn van de patiënt beïnvloedden.
Het is belangrijk dat patiënten zich ervan bewust zijn dat ze vreemde dromen kunnen hebben als ze beginnen met slaap- of kalmeringsmiddelen. Als ze hallucinaties ervaren, stellen ze daar best hun arts van op de hoogte. Want die kunnen erop wijzen dat het medicijn niet de juiste keuze is voor hen, of dat de dosis te hoog is.
Dit artikel werd eerst gepubliceerd op theconversation.com, een onafhankelijke, non-profit journalistieke website die nieuws en achtergrond uit de academische gemeenschap publiceert.