1. Voedingssupplementen
Pycnogenol is een vrij verkrijgbaar voedingssupplement op basis van de schors van de Franse zeeden. Het is in een Slovaaks onderzoek getest op kinderen, en lijkt veelbelovend. Aan de Universiteit Antwerpen wordt het onderzoek momenteel herhaald over een langere periode en met meer kinderen.
Pycnogenol bevat polyfenolen, natuurlijke stoffen die de werking van het immuunsysteem verbeteren, oxidatieve stress verminderen en een positieve invloed hebben op de darmflora. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat het microbioom, de hersenen en het immuunsysteem met elkaar in verbinding staan en dat een verstoord microbioom voor psychische problemen kan zorgen.
Ook de vetzuren omega-3 en omega-6 laten een, weliswaar klein, effect optekenen bij ADHD. Amandelstroop, zink en magnesium zijn ook in de running. Maar vaak is het onderzoek nog niet herhaald, is het aantal proefpersonen erg klein of is er niet vergeleken met een placebo of met de gangbare behandeling.
2. Een eliminatiediëet
Bepaalde voedingsproducten zouden een trigger kunnen zijn voor ADHD-symptomen. Allergenen, zoals koemelk, tarwe en noten, maar ook suiker, smaak- en kleurstoffen, en andere additieven. In Nijmegen worden ruim tachtig kinderen met ADHD opgevolgd. “Vijf weken lang laten zij al die voedingsproducten achterwege”, zegt onderzoeker Annick Bosch. “Als we na vijf weken een effect zien, wordt elke productgroep stuk voor stuk opnieuw toegelaten, en dan zien we wat precies de trigger is. Dat kan in totaal wel een jaar duren.”
Bosch verwacht in het voorjaar van 2021 met resultaten te komen. Ze vergelijkt de testgroep met een even grote groep kinderen die een gezond dieet volgen, en met een groep die een standaard behandeling krijgt, zoals medicatie. Een dieet heeft een effect op de darmflora.
Het onderzoek dat al is afgerond is vrij duidelijk over bepaalde bewaar- en kleurstoffen: die kunnen de symptomen van ADHD erger maken. Voor suiker is er dan weer veel minder wetenschappelijk bewijs.
3. Neurofeedback
Via neurofeedback kun je de hersencircuits veranderen. Kinderen krijgen een muts met elektroden op het hoofd, en volgen op een computerscherm hun hersenactiviteit. Op die manier kunnen ze zichzelf trainen om bijvoorbeeld aandachtiger te zijn. Hoe vaker je traint, hoe beter dat lukt – op termijn ook zonder scherm en muts. Neurofeedback lijkt effect te sorteren op hyperactiviteit en aandacht, maar ook op de slaap. Veel kinderen met ADHD hebben een slaaptekort, en wie uitgerust is, zal alerter zijn.
Over het onderzoek naar neurofeedback bestaat nogal wat scepsis. Op lange termijn lijkt het effect erg klein, en het is nog wachten op echt gedegen studies.
Wat je alvast kunt uitproberen
Zomaar zelf een dieet uitproberen, supplementen slikken of een centrum voor neurofeedback zoeken, is geen goed idee. Raadpleeg je arts over alternatieve mogelijkheden. Deze zaken kun je wel overwegen:
- Vermijd beeldschermen in het uur voor het slapengaan.
- Ga na of je kind problemen heeft met inslapen. Is dat zo, vermijd dan niet alleen avondlijke schermtijd, zorg ’s ochtends ook voor voldoende blootstelling aan licht, het liefst buitenshuis.
- Heb je een vermoeden van een tekort aan vitaminen of mineralen, laat je kind dan testen door de huisarts. Bloedarmoede door ijzertekort kan bijvoorbeeld ADHD-achtige symptomen veroorzaken.
- Probeer kleur- en bewaarmiddelen te vermijden, vooral E102, E124, E110, E122, E104 en E129.
- Zorg ervoor dat je kind veel lichaamsbeweging krijgt. Uit onderzoek blijkt dat dagelijks een half uur intensief bewegen een positief effect heeft op het concentratievermogen.
Meer weten over de alternatieven voor ritalin/rilatine? Lees het hele artikel in de nieuwe Psyche&Brein, vanaf donderdag in de winkel en te koop op www.tijdschriftenwinkel.be