Elektroconvulsietherapie, waarbij een patiënt elektrische prikkels toegediend krijgt, stimuleert een hersengebied dat nieuwe zenuwcellen aanmaakt.
Elektroconvulsietherapie (ECT), ook elektroshocktherapie genoemd, zorgt voor de aanmaak van nieuwe hersencellen. Dat doet ze door een specifiek hersengebied te stimuleren door middel van elektrische prikkels. Dat blijkt uit onderzoek van het Universitair Medische Centrum Groningen en het Universitair Medisch Centrum Utrecht.
Bij elektroconvulsietherapie krijgt een patiënt via elektroden op het hoofd elektrische prikkels toegediend onder narcose. Vaak gaat het om de behandelingen van ernstige psychiatrische stoornissen. Dat de therapie werkt is eigenlijk al ruim 80 jaar bekend. Voor een ernstige depressie is het zelfs de meest effectieve behandeling. Toch wisten wetenschappers tot nog toe niet waarom de therapie zo succesvol is.
De hersenwetenschappers uit Groningen en Utrecht legden 23 depressieve vrijwilligers voor en na de behandeling met ECT onder de hersenscanner. Ook gingen acht gezonde proefkonijnen twee keer de scanner in. Zij kregen geen ECT. De wetenschappers zoomden in op de hippocampus. Het gebied speelt vooral een rol bij het opslaan van nieuwe herinneringen. Het gebied krimpt bijvoorbeeld bij de ziekte van Alzheimer, maar ook een beetje bij een depressie. De wetenschapper bekeken specifiek naar een subgebied van de hippocampus: de gyrus dentatus. Daar vindt neurogenese, ofwel de aanmaak van nieuwe zenuwcellen, plaats.
De gyrus dentatus bleek bij de depressieve deelnemers na de ECT groter te zijn dan voor de behandeling. De depressieve klachten waren ook afgenomen. Hoe groter de gyrus dentatus geworden was, hoe sterker de klachten waren afgenomen.
Misschien kan neurogenese ook wel door andere, minder intensieve, behandelingen gestimuleerd worden. Voer voor vervolgonderzoek.
De resultaten zijn gepubliceerd in het vakblad Moleculair Psychiatry.
