Discriminatie verhoogt risico op schizofrenie
19 augustus 2014 door Eos-redactieTwee tot zes procent van de allochtonen ontwikkelt een psychotische stoornis. Bij autochtonen is dat maar één procent.
Twee tot zes procent van de allochtonen ontwikkelt een psychotische stoornis. Bij autochtonen is dat maar één procent.
De oorzaak van schizofrenie en andere gerelateerde aandoeningen ligt bij een combinatie van erfelijke en omgevingsfactoren. Wie de erfelijke aanleg niet heeft, zal de stoornis niet krijgen. Wie ze wel heeft (zo’n 15 procent van de bevolking), ontwikkelt niet automatisch psychoses: ze worden uitgelokt door stressvolle omgevingsfactoren. Dat migranten vaker psychoses ontwikkelen, was al bekend. Waarom dat zo is, nog niet. Daar werpen Odin Van der Stelt, Dounia Boubakri en Max Feltzer (Tilburg Universiteit) nu meer licht op. Zij bevroegen 62 Marokkaanse migranten, vooral van de tweede generatie, en 41 Nederlanders. Zowat de helft van hen had een familiale voorgeschiedenis van psychiatrische stoornissen – en dus vermoedelijk een erfelijk risico.
Je zou kunnen denken dat migranten in hun land voor oorsprong een stressvol leven leidden – ze zijn tenslotte niet zonder reden naar Nederland gekomen – of dat de afscheuring van hun vaderland voor psychische problemen zorgt. Maar dat kan niet verklaren waarom ook hun kinderen, die in Nederland zijn geboren, een groter risico lopen op schizofrenie. Dat risico is zelfs groter dan bij hun ouders. Ook als naar socio-economische situatie wordt gekeken – mensen in armoede ontwikkelen sneller psychiatrische stoornissen – blijft het risico voor arme allochtonen hoger dan voor arme Nederlanders.
Maar wat met discriminatie en het gevoel niet geaccepteerd te worden in de Nederlandse samenleving? Van der Stelt en zijn collega’s vroegen in welke mate hun Marokkaanse proefpersonen zich gediscrimineerd voelden. Daarnaast gingen ze ook na wie last had van angsten, depressieve gevoelens, hallucinaties, apathie of ander gedrag dat kan wijzen op een psychose. Zoals verwacht bleken de mensen met erfelijke risico’s hoger te scoren op deze laatste kenmerken. Marokkaanse migranten met een erfelijk risico bleken ook vaker gevoelens van etnische discriminatie te ervaren dan Marokkaanse migranten zonder erfelijk risico. Hoe meer ze zich gediscrimineerd voelden, hoe hoger ook hun scores op gedrag dat kan wijzen op een psychose.
Gevoelens van discriminatie en de ontwikkeling van schizofrenie komen dus vaak samen voor. Dat betekent niet automatisch dat het een ook de oorzaak is van het ander, nuanceren de onderzoekers in hun paper in het Tijdschrift voor psychiatrie. Maar omdat internationaal onderzoek uitwijst dat vooral etnische groepen die gediscrimineerd worden – Marokkanen, Turken en Surinamers in Nederland, Marokkanen in België, zwarten en Pakistani in Groot-Brittannië – een hoger risico lopen op schizofrenie of psychoses, is de suggestie wel sterk. ‘Onze resultaten suggereren dat migranten die zowel intrinsiek kwetsbaar zijn als chronisch zijn blootgesteld aan etnische discriminatie, een verhoogd risico lopen op psychosen en andere stoornissen’, stellen de onderzoekers in hun paper in het Tijdschrift voor Psychiatrie. De auteurs roepen de overheid dan ook op om discriminatie sterker te bestrijden. (lg)