Druilerig, koud en donker: dit kan je doen tegen een winterdip

Zakt de moed jou ook in de schoenen met het vooruitzicht op de winter? Er bestaat wel degelijk zoiets als een winterdepressie, schrijft psychiater Ebtisam El-Filali.

Nu de zomer op zijn eind loopt en de herfst zijn intrede doet, worden de dagen korter en wordt de lucht grauw en grijs. Merk je dat je wat minder energie hebt, of zelfs wat minder blij bent? Dat gebeurt bij heel wat mensen. Sommigen zien zelfs jaarlijks in het najaar en de winter hun stemming dalen tot in een depressie. Dat wordt ook wel seizoensgebonden depressie of winter­depressie genoemd.

Ook zo bij Willem*, een van mijn patiënten, die er al jaren last van heeft. Hij is bij mij in behandeling voor een bipolaire stoornis en gebruikt lithium om zijn stemming zo stabiel mogelijk te houden. Helaas helpt dat onvoldoende in de winter en daalt elk najaar zijn stemming. “Ik kan het haast voorspellen. Zodra het najaar begint, merk ik dat ik me vermoeider voel. Ik zou de hele dag in bed kunnen blijven liggen. Ik voel me ook somberder en kan me minder goed concentreren. Dat heeft een negatieve invloed op mijn werk. Het lukt me niet om mijn huishouden bij te houden”, legt hij met wanhoop in zijn stem uit.

In de herfst en winter is het minder lang licht en is het daglicht bovendien zwakker. Die veranderingen hebben invloed op onze biologische klok. Licht komt via onze ogen binnen. En als er minder licht is, maken onze hersenen meer melatonine aan. Dat is een hormoon dat je slaperig maakt. Daardoor raakt het slaap-waakritme verstoord, krijg je vaak meer moeite met opstaan in de ochtend en voel je je al vroeg in de avond slaperig. Bij mensen met een winterdepressie raakt de aanmaak van melatonine dusdanig verstoord dat ze uiteindelijk ernstige klachten krijgen, die invloed hebben op hun functioneren. Dat komt voor bij ongeveer drie op de honderd mensen en vaker bij vrouwen dan bij mannen.

Lichttherapie kan al na één à twee weken helpen tegen een winterdepressie

Ik leg Willem uit wat een winterdepressie is. “Wat zou ik kunnen doen om mijn stemming in het najaar te verbeteren?”, vraagt hij me. “In het verleden hielp het me om in de winter op vakantie te gaan in Spanje, maar dit jaar gaat me dat niet lukken.” Hij benadrukt dat hij liever geen medicatie wil, omdat hij er al zoveel gebruikt voor zijn suikerziekte, hoge bloeddruk en gewrichtsklachten. We bespreken dat lichttherapie misschien een optie voor hem kan zijn. Bij lichttherapie wordt door middel van kunstlicht de biologische klok weer hersteld. Ik leg uit dat je dan dagelijks op een vast tijdstip in de ochtend een halfuur wordt blootgesteld aan blauw of wit uv-licht. Dat licht is afkomstig van een speciale lamp en bevindt zich op enige afstand van je ogen. Bij ongeveer zes van de tien mensen werkt deze behandeling goed. Na een à twee weken verbetert hun stemming.

Willem voelt wel voor deze behandeling en geeft aan graag te willen starten met lichttherapie. We staan nog wel stil bij de bijwerkingen, want hoewel lichttherapie over het algemeen goed wordt verdragen, zijn er mensen die last krijgen van hoofdpijn, vermoeide ogen of misselijkheid. Willem heeft bovendien een bipolaire stoornis. Dat betekent dat hij naast periodes van een depressie ook periodes van verhoogde stemming (hypomanie) kan hebben. Dat kan door lichttherapie getriggerd worden, en daarom is het bij hem extra belangrijk om het effect van de lichttherapie goed te monitoren.

Na een intake op de lichtpoli start Willem met lichttherapie. Enkele weken later zie ik hem terug om de voortgang te bespreken. “Wat een verlichting!”, roept hij uit. Hij voelt zich minder moe en slaperig, heeft geen last meer van somberheid en ziet de toekomst weer positief tegemoet. “Hoewel het buiten nog donker is, voel ik me van binnen lichter”, zegt hij met een glimlach op zijn gezicht.