Als we voor de spiegel staan, weten we dat we naar een reflectie van onszelf kijken. Mensen kunnen heel makkelijk een onderscheid maken tussen zichzelf en anderen. Hoe zit dat bij dieren?
De spiegeltest is een klassieke manier om daarachter te komen. Je brengt een merkteken aan op de kop van een dier, bijvoorbeeld een chimpansee. Daarna zet je hem voor de spiegel. Als de chimpansee denkt een soortgenootje in de spiegel te zien, zal hij het merkteken proberen weg te halen door zich naar de spiegel te richten. Als hij zichzelf herkent, zal de chimpansee het merkteken op zijn eigen kop proberen weg te halen. Dat laatste is precies wat er gebeurde toen deze test voor het eerst werd uitgevoerd.
Met conclusies over dieren moet je opletten. Je kijkt altijd door een menselijke bril
De Amerikaanse psycholoog Gordon Gallup bedacht de spiegelproef al in 1970. Welke dieren zijn er tot nu toe voor geslaagd en welke niet? Als eerste bleken alle mensapen zichzelf in de spiegel te herkennen. Naast de chimpansee bijvoorbeeld ook de bonobo. Of het lukt en hoeveel tijd dat kost, verschilt wel per individu. Daarnaast slagen ook dolfijnen en Aziatische olifanten voor de spiegeltest. Zelfs eksters herkennen zichzelf in de spiegel. Er zijn natuurlijk ook dieren die zichzelf niet herkennen. Waaronder de reuzenpanda, zo blijkt uit recent onderzoek.
Toch zegt zo’n test niet alles. Er zijn twee grote punten van kritiek. Het eerste is dat zelfherkenning via de spiegeltest altijd visueel is. Wij mensen zijn erg visueel ingesteld en daarom lijkt dit voor ons heel voor de hand liggend. Dat betekent niet dat dieren zichzelf ook alleen maar visueel herkennen. Een octopus herkent zichzelf bijvoorbeeld vooral op de tast. Zijn zuignappen herkennen de specifieke textuur en geurstoffen van zijn huid. Krekels herkennen zichzelf eerder op geur. Via chemische communicatie herkennen zij ook hun eigen nageslacht en partner.
Het tweede punt van kritiek is het volgende: gaat zelfherkenning altijd samen met zelfbewustzijn? Zelfherkenning betekent dat je je een mentale voorstelling van jezelf kunt maken. Zelfbewustzijn is het besef van een eigen identiteit en bestaan. Dat gaat samen met Theory of Mind: het inzicht dat jij de wereld misschien anders waarneemt dan iemand anders, en omgekeerd. Zelfbewustzijn heeft ook te maken met zelfreflectie: nadenken over ons gedrag en onze gedachten. De eerste wetenschappers die zich over de spiegeltest bogen, dachten waarschijnlijk dat zelfherkenning samenging met zelfbewustzijn. Nu weten we dat niet meer zeker.
Met conclusies uit de spiegelproef moeten we dus voorzichtig zijn. Als een dier slaagt voor de test, is er een aanwijzing voor zelfherkenning. Als het beest de proef niet doorstaat, herkent het zichzelf niet ofwel met behulp van een ander zintuig dan zicht.
Daarnaast zijn er ook leereffecten. Kraaien herkennen zichzelf sneller in een troebele spiegel. Zij hebben geleerd dat ze zichzelf zien in water. In de natuur zijn er geen heldere spiegels. Het blijft lastig om met behulp van de klassieke spiegeltest eenduidige conclusies te trekken. Bovendien kijk je altijd door je eigen menselijke bril als je het gedrag van dieren probeert te begrijpen.