Het probleem van bedenkelijke onderzoekspraktijken is nog niet opgelost

Een enquête naar bedenkelijke onderzoekspraktijken werpt de vraag op: hebben we niets geleerd van de Stapel-affaire?

Uit een enquête, ingevuld door 6.813 wetenschappers van veertien Nederlandse universiteiten en universitair medisch centra, blijkt dat 51,3 procent van de bevraagden zich weleens schuldig maakt aan twijfelachtige onderzoekspraktijken. 

Gert Storms (foto: S. Casaer)

Concreet gaat het onder meer om onderzoek niet publiceren als de resultaten tegenvallen, tekortkomingen in een publicatie niet melden, of enkel de gewenste uitkomsten van statistische tests rapporteren. Bij dat soort praktijken zit het grootste kwaad hem erin dat belangrijke info wordt weggelaten, meent psycholoog Gert Storms (KU Leuven). 

Als vaak genoemde reden komt de publicatiedruk binnen de onderzoekscultuur naar voren. Storms zegt dat er ‘in de wetenschap sprake is van een soort darwinistisch proces’, waarbij een gebrek aan publicaties gelijkstaat aan een dichtgedraaide geldkraan. 

Dat onderschrijft ook professor methodologie Lex Bouter (VU Amsterdam), die bij het onderzoek betrokken was. De publicatiedruk kan volgens hem gevolgen hebben voor de validiteit van en het vertrouwen in de wetenschap. Zowel vanuit de maatschappij als bij wetenschappers onderling. 

Bijna significant

Joeri Tijdink

Hetzelfde probleem komt naar voren bij een recent onderzoek van psychiater en onderzoeker Joeri Tijdink (VU Amsterdam) en collega’s. Zij analyseerden trends in de manieren waarop onderzoekers resultaten omschrijven die net niet statistisch significant zijn.

Vaak gebruikte woordkeuzes zijn ‘bijna significant’, ‘een significante trend’ en ‘een positieve trend’. Door de resultaten positiever voor te stellen dan ze in werkelijkheid zijn, is de kans om gepubliceerd te worden groter.

 

‘De wetenschap is een heel groot schip, en het is allesbehalve gemakkelijk om dat van koers te laten veranderen’, zegt Storms.

Elisabeth Bik

Toch zijn er wel mogelijkheden. Microbioloog Elisabeth Bik, adviseur wetenschappelijke integriteit bij Harbers Bik LLC, heeft de afgelopen jaren meerdere bedenkelijke praktijken aan het licht gebracht.

Volgens haar is controle een belangrijk punt. Papers terugtrekken kan een effectieve waarschuwingsstrategie zijn. Daarnaast vindt ze het belangrijk dat onderzoeksinstituten wanpraktijken niet in de doofpot stoppen.

Wat Tijdink betreft moet er een verandering plaatsvinden in de manier waarop wetenschappers erkend en gewaardeerd worden. ‘In plaats van publicaties te tellen, moeten we meer kijken naar de kwaliteit van de wetenschapper als persoon en die van zijn of haar werk.’ Tijdink is voorstander van ‘slow science’, waarbij er meer tijd is voor het goed doordenken van onderzoek. 

Lex Bouter

Ook Bouter ziet meer heil in ‘goed gedrag’ belonen dan in het aanzwengelen van een controlecultuur. ‘Wetenschappers zijn ook mensen, je moet de juiste prikkels geven als je wil dat ze zich goed gedragen.’ 

Een andere manier om bedenkelijke onderzoekspraktijken tegen te gaan is door een tweestapspublicatieproces in te voeren, zo zegt Tijdink. Hierbij dienen onderzoekers een introductie en de onderzoeksmethode in bij een vakblad voordat ze de afgewerkte paper opsturen. Het blad bepaalt dan op voorhand of het onderzoek gepubliceerd zal worden, ongeacht het resultaat. ‘Als voordat het onderzoek wordt uitgevoerd, goed wordt geregistreerd wat de methodes zijn, krijg je eerlijkere en betrouwbare resultaten’, aldus Tijdink. 

Veelkoppig monster

Na de zogeheten Stapel-affaire in 2011, waarbij jarenlange wetenschapsfraude van sociaal psycholoog Diederik Stapel aan het licht kwam, zijn er veranderingen beloofd. Hoe staat het daarmee? Volgens Storms ‘beweegt er wel iets, maar nog te weinig’. 

Ook Bouter zegt dat er zeker wel veranderingen zijn doorgevoerd na de Stapel-affaire. Hij geeft aan dat bedenkelijke praktijken vandaag wellicht niet vaker voorkomen dan vroeger, maar dat we ons er tegenwoordig wel veel meer bewust van zijn dat het gebeurt. Het probleem van bedenkelijke praktijken binnen het onderzoek is een veelkoppig monster en het is nog niet opgelost.