Uit genetisch onderzoek en onderzoek naar structuren en functies van beide organen blijkt dat er meerdere verbanden zijn tussen de gezondheid van het hart en van de hersenen.
Beeld: ‘Door veranderingen in de bloedtoevoer kan het brein andere signalen binnenkrijgen.’
Het was al langer bekend dat cardiovasculaire aandoeningen de kans op een aantal hersenaandoeningen kunnen vergroten, denk aan dementie, een hersenbloeding en andere cognitieve stoornissen. Andersom hebben mensen die kampen met onder meer schizofrenie, een depressie of epilepsie een verhoogde kans om een cardiovasculaire aandoening te ontwikkelen. Een team internationale wetenschappers van onder meer de universiteit van Pennsylvania wilde deze link verder onderzoeken.
Ze bestudeerden MRI-scans van het brein en het hart van meer dan 40.000 Britten. Die gegevens waren afkomstig van de UK Biobank, een grote database waarin allerlei gezondheidsinformatie van een half miljoen Britten opgeslagen ligt. Zo konden ze onder andere het volume van bepaalde structuren van beide organen onderzoeken en specifieke verbindingen in het brein goed onder de loep nemen. Ook onderzochten de wetenschappers mogelijke genetische varianten die iets met de link tussen de gezondheid van het hart en het brein te maken konden hebben.
Dikkere hartspier, groter volume
De wetenschappers ontdekten verschillende verbanden tussen bepaalde structuren en functies van het brein en het hart. Zo blijk bijvoorbeeld dat hoe dikker de hartspier is, hoe groter het volume van bepaalde, dieper in de hersenen gelegen, gebieden is.
Daarnaast vonden de wetenschappers een aantal genetische loci (specifieke plaatsen op het DNA). Die loci waren eerder in verband gebracht met complexe neurologische aandoeningen en bleken nu ook een rol te spelen bij bepaalde eigenschappen van het hart.
‘Het is een ingewikkelde studie waarbij de wetenschappers naar veel verschillende aspecten hebben gekeken’, zegt Leon Kenemans (hoogleraar Biopsychologie en Psychofarmacologie aan de Universiteit Utrecht). ‘We weten al langer dat er correlaties bestaan tussen aandoeningen van het brein en aandoeningen elders in het lichaam.’ Daarnaast is het volgens Kenemans logisch dat de gezondheid van het hart de gezondheid van de hersenen kan beïnvloeden. ‘Veranderingen in de bloedtoevoer bijvoorbeeld, of in de hartslag, kunnen ervoor zorgen dat het brein andere signalen binnenkrijgt, waaraan het zich gaat aanpassen. Deze studie legt opnieuw zulke verbanden bloot. Daarnaast worden er een aantal vormen van zogenoemde genetische causaliteit gepresenteerd: genen die verband houden met zowel structuur, functie en disfunctie van het hart als met die van het brein.’
Volgens de onderzoekers van de studie helpen deze bevindingen hoe dan ook beter begrijpen wat de precieze link is tussen de gezondheid van het brein en de gezondheid van het hart. Ze hopen dat de resultaten ervoor kunnen zorgen dat ziektes van het hart en het brein beter te voorspellen en daarmee te voorkomen zijn.