Urine omzetten naar nuttige stoffen, ruimtevaarders zijn er niet vies van. Onderzoekers stellen nu extra toepassingen voor.
Een tocht naar Mars neemt acht maanden in beslag. Veel kan er niet mee aan boord. Hoe zwaarder het ruimteschip, hoe moeilijker het van de aarde afgeraakt. Afvalstoffen kunnen dus maar best zo nuttig mogelijk gebruikt worden. Een van die afvalstoffen is de urine van de Marsreizigers. In het Internationale Ruimtestation wordt die urine al omgezet naar drinkwater. Een Amerikaanse onderzoeker, Mark Blenner, bekeek nu wat urine nog te bieden heeft.
Hierbij was zijn interesse gewekt voor de gist Yarrowia lipolytica. Die stam heeft zowel stikstof als koolstof nodig om te groeien. Stikstof komt voor in urine onder de vorm van urea. De koolstof zou dan weer afkomstig kunnen zijn van de ademhaling van de astronauten of de atmosfeer van Mars, eenmaal gearriveerd. De ‘afvalstoffen’ die de gistcellen produceren bij het groeien, kunnen de astronauten nuttig gebruiken.
Reserve-onderdelen zijn een bron van extra en mogelijk nutteloos gewicht. De wetenschappers pasten gistcellen zo aan dat ze monomeren aanmaken en die omzetten naar polymeren. Die polymeren vormen dan de basis van een 3D-printer om reserve-onderdelen af te drukken. Breekt de hendel van de buitendeur van het ruimteschip af, dan hoeft dat niet langer een bron van paniek zijn.
Blenner paste de gistcellen ook zo aan dat ze omega-3 vetzuren produceren. Deze vetzuren zijn onder meer belangrijk voor de hormoonwerking maar blijven in de vorm van pillen slechts enkele jaren goed. Het is daarom essentieel om ze tijdens een lange Marsmissie te kunnen produceren.