Meer dan tien jaar geleden waagde VIB zich aan een gedurfde missie: een gestage, goed onderbouwde en gevalideerde toevoer van technologische tools toegankelijk te maken voor onderzoekers.
“Het is onmogelijk om te komen tot baanbrekende ontdekkingen zonder toegang tot de allerbeste en allernieuwste technologieën", vertelt Dr. Geert Van Minnebruggen, verantwoordelijk voor ‘Science & Technology’ bij VIB. Maar de allerbeste en allernieuwste technologie is niet gemakkelijk noch goedkoop te verkrijgen. Meer dan tien jaar geleden waagde VIB zich aan een gedurfde missie: een gestage, goed onderbouwde en gevalideerde toevoer van technologische tools toegankelijk te maken voor onderzoekers, en dit niet enkel voor onszelf.
“VIB zet in op de beschikbaarheid van hoog performante, ultramoderne infrastructuren die alle disciplines van de ‘life sciences’ bestrijken. Ze worden ingezet voor onderzoek naar ziektebeelden en het verloop van ziekten, tot inzichten in het genoom”, legt Van Minnebruggen uit.
De grensverleggers
Ecosystemen in heel Vlaanderen
Farma- en biotechbedrijven moeten voortdurend bijblijven met de nieuwste technologische evoluties, maar de meeste bedrijven hebben niet de tijd of expertise die nodig is om deze te implementeren. VIB Kernfaciliteiten bieden deze diensten aan en geven bedrijven ook toegang tot nieuwe technologieën. Externe partners helpen op hun beurt de infrastructuur van de Kernfaciliteiten te financieren en de kosten per experiment te drukken.
Van Minnebruggen: “Kernfaciliteiten spelen een cruciale rol voor het hele life sciences netwerk; ze zorgen ervoor dat wetenschappers op een kostenefficiënte manier onderzoek op topniveau kunnen verrichten. In de loop der jaren is het programma bij VIB uitgebreid met bijkomende domeinen, nieuwe technologieplatformen en de betrokkenheid van VIB met universiteitscampussen in Gent, Leuven, Brussel en Antwerpen.”
“Het resultaat is een van Europa’s rijkste, sterkste en krachtigste ecosystemen, niet alleen op het gebied van de beschikbaarheid van wetenschappelijk beproefde technologieën, maar ook van informatie-uitwisseling, opleiding en expertise.", vult Ivan Baines aan, Voorzitter van het internationale comité van experten en verantwoordelijk voor het evalueren van het Kernfaciliteitenprogramma bij VIB.
Eén platform voor alles
“Na 15 jaar als onderzoeker, ging ik in 2011 aan de slag bij de Bioimaging Core”, herinnert zich Saskia Lippens, nu hoofd van de Bioimaging Core in Gent. “In de laatste tien jaar heb ik een enorme groei gezien – er kwamen nieuwe faciliteiten bij en deze breidden ook elk afzonderlijk hun portfolio uit. Maar de belangrijkste evolutie was de wisselwerking die ontstond tussen de VIB Kernfaciliteiten. Hoewel de gebruikte technologieën van de kernfaciliteiten onderling heel verschillend kunnen zijn en totaal verschillende expertises vereisen, slaagde Geert erin om ons allemaal te verenigen.”
Voor Lippens was dit een keerpunt in het programma. “Peer coaching was de natuurlijke volgende stap toen we eenmaal nauwer gingen samenwerken, want zelfs in verschillende domeinen staan we vaak voor dezelfde uitdagingen”, verklaart ze. “Een ander resultaat was een grotere zichtbaarheid voor de vele technologieën beschikbaar bij VIB. Het grootste voordeel is dat onderzoekers gebruik kunnen maken van een compleet programma met verschillende kernfaciliteiten die allemaal op dezelfde manier werken.”
De deuren openen naar Europa
De volgende grote stap vond plaats in 2013 met het initiatief ‘Core for Life’: een alliantie tussen VIB en vijf Europese life sciences onderzoekscentra, met aan het hoofd Geert Van Minnebruggen en dr. Doris Meder van het Centrum voor Genoomregulering (CRG) in Spanje.
“We wisten uit eerste hand hoe duur en kennisintensief het is om personeel op te leiden en om te scholen om de ‘technologische ommezwaai’ bij te houden – de vervanging van oude technologie door de volgende generatie”, gaat Van Minnebruggen verder. “Al deze opleidingen organiseren binnen de muren van één instituut is bijna niet haalbaar.”
“Andere onderzoeksinstituten kunnen waardevolle partners zijn, en heel wat daarvan in de EU beschikken ook over kernfaciliteitenprogramma’s. Via Core for Life kunnen VIB-wetenschappers toegang krijgen tot nog eens acht kernfaciliteitenprogramma’s bij topinstituten. We kunnen onze mensen naar instituten sturen waar nieuwe platformen reeds beschikbaar zijn – wat de leercurve versnelt – en dit in beide richtingen.”
De drie-eenheid van technologievertaling
Naast het Kernfaciliteitenprogramma heeft VIB nog twee andere vitale initiatieven die de hele cyclus van ontdekking, ontwikkeling en specifiek gebruik van technologie in onderzoek vervolledigen: Tech Watch en het Innovatielab.
“Tech Watch loopt al sinds 2008 bij VIB”, zegt Dr. Halina Novak, manager Technology and Innovation Program bij VIB. “Met dit programma scouten we nieuwe technologieën voordat of net nadat ze op de markt komen, om ze binnen de VIB-omgeving te brengen – een initiatief dat al uiterst succesvol is geweest.”
Maar het binnenhalen van de meest veelbelovende innovaties is slechts het allereerste deel van de puzzel. Niet ontwikkelde, niet beproefde technologie, hoe veelbelovend ook, brengt immers tal van uitdagingen met zich mee voordat ze kan worden verfijnd tot op het punt waarop men ze kan gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek. “Vroege technologieën kunnen zo kwetsbaar zijn, en Kernfaciliteiten hebben zeer robuuste, betrouwbare en consistente platformen nodig om baanbrekende resultaten te kunnen leveren”, legt Van Minnebruggen uit.
En dit is precies waar het derde stukje van de puzzel inpast: het Technologisch Innovatielab. Hier onderzoeken gespecialiseerde wetenschappers de door Tech Watch geïdentificeerde technologieën die interessant zijn voor de VIB-gemeenschap. Het Technologie Innovatielab werkt vaak samen met de Kernfaciliteiten om deze tools te helpen evalueren en optimaliseren. Een selectie van de tools die robuust blijken te zijn, worden opgenomen in de technologiesuites van de Kernfaciliteiten en vervolgens aangeboden aan de VIB-gemeenschap als onderdeel van de dagelijkse dienstverlening.
“Sinds 2017 koppelt het Innovatielab VIB Kernfaciliteiten met Tech Watch-innovaties en zorgt het ervoor dat de technologie en geletterdheid zo doeltreffend mogelijk worden verfijnd”, gaat Novak verder. “Het 10xGenomics single-cell sequentie-platform is een mooi voorbeeld van het werk van het Innovatielab in actie.”
De onschatbare rol van facilitator
Kernfaciliteitenprogramma’s zijn niet ongewoon in de wereld. “Maar VIB is absoluut een van de voorbeeldinstituten in Europa– wij zijn de koplopers”, verklaart Lippens. “Het was ons al vroeg duidelijk dat het VIB-kernfaciliteitenprogramma heel wat meer moest toevoegen dan alleen toegang tot technologie. We hebben een sterke focus op expertise, met 80 hoogopgeleide mensen die bij de VIB Kernfaciliteiten werken.
“Er is hier ook veel potentieel als het gaat om loopbaantrajecten. Je kunt op vele manieren wetenschapper zijn; je moet niet als basisonderzoeker werken aan zeer specifieke biologische vraagstukken. Het loont echt wel de moeite om een tech-expert te zijn en als facilitator het werk van andere wetenschappers te vergemakkelijken.”
Lippens hecht veel waarde aan deze mogelijkheid in haar eigen werk als hoofd van de VIB Bioimaging Core in Gent. “Ik houd echt van onderzoek, maar in mijn huidige rol kan ik mijn expertise inzetten en bijdragen aan het beantwoorden van heel wat wetenschappelijke vragen. Regel nummer één in het Kernfaciliteitenprogramma is teamwork; we moeten allemaal probleemloos samenwerken om de enorme waarde toe te voegen die ontstaat wanneer je met succes veel verschillende technologieën op elkaar afstemt om een fundamentele vraag te beantwoorden. Mijn collega’s en ik komen elke dag met zoveel verschillende biologische ideeën in aanraking.”
Verandering als enige constante
De zoektocht naar nieuwe technologieën – en de ontwikkeling ervan – is nooit ten einde, en VIB-Kernfaciliteiten zijn niet in steen gebeiteld. De huidige Kernfaciliteiten bestrijken namelijk niet dezelfde disciplines als enkele jaren geleden. De huidige VIB-Kernfaciliteiten staan bekend om hun expertise op het gebied van ’Single Cell’ onderzoek, wat uiteenlopende expertises vereist en het vermogen om zeer nauw samen te werken.
Van Minnebruggen: “We zouden in kunnen zetten op andere disciplines als outsourcing kostenefficiënter is of als er bijvoorbeeld een belangrijke nieuwe technologie opduikt. Omdat we verwachten dat toekomstige technologieën steeds meer expertise op verschillende vakgebieden zullen vergen, zullen we ons meer richten op het samenvoegen van de kennis uit onze kernfaciliteiten.”
Wat dat betreft, worden de VIB-Kernfaciliteiten elke vijf jaar geëvalueerd door een extern panel van internationale experts, die advies en sturing geven aan de ‘roadmap’ en ontwikkeling van het programma. “Deze evaluatie is heel belangrijk voor ons omdat we op die manier worden uitgedaagd om proactief vorm te geven aan onze leidersrol in het mondiale biotechnologie-ecosysteem”, besluit Van Minnebruggen. Ontdek meer over de positieve evaluatie van de Cores (Engels).