Ondanks strenge Europese lobbyregels beïnvloeden lobbygroepen met hun dubieuze tactieken ons beleid en de publieke opinie. Een recente ‘wetenschappelijke’ verklaring toont een terugkerende tactiek die onze besluitvorming al generaties lang beïnvloedt.
Er is intrinsiek niets mis met lobbyen. In zijn eenvoudigste vorm is het gewoon een praktisch middel voor mensen of organisaties die de belangen van een groep vertegenwoordigen om invloed te proberen uitoefenen op degenen met beslissingsbevoegdheid. Het is legitiem, het is legaal, het is van alle tijden. We kunnen lobbyen zien als een verlenging van onze vrijheid van meningsuiting en ons recht op politieke representatie. Zelfs studentenvertegenwoordigers die opkomen voor de rechten van hun medestudenten zijn een soort lobbyisten.
Maar lobbyen heeft een slechte reputatie gekregen, en niet voor niks. Problemen ontstaan wanneer bepaalde individuen of groepen door economische ongelijkheid onevenredig veel invloed kunnen uitoefenen. Goed gefinancierde belangengroepen en corporaties hebben meer toegang tot beleidsvormers in een regering. Dit onderzoek heeft bijvoorbeeld aangetoond dat de hoeveelheid geld die vleesproducenten hebben uitgegeven aan lobbyen bij de Europese Unie drie keer zo hoog is als de hoeveelheid geld uitgegeven door lobbygroepen van producenten van plantaardige producten. In de VS ligt die hoeveelheid 190 keer zo hoog. Onevenredige uitgaven staan gelijk aan onevenredige toegang en invloed.
Het is geen nieuw fenomeen en er is ook geen makkelijke oplossing voor. Maar iedereen zou zich op zijn minst aan dezelfde regels moeten houden. In de Europese Unie wordt lobbyen gereguleerd door een transparantieregister waar elke groep die wil lobbyen zich dient te registreren. Dat register wordt gebruikt door de Europese instellingen om het gedrag van lobbyisten te reguleren.
Verdraaide waarheden
Er is één tactiek die lobbyisten uit verschillende sectoren al decennialang succesvol inzetten: twijfel zaaien. Als antwoord op wetenschappelijk bewijs dat hun activiteiten in negatief daglicht stelt, financieren branchelobby’s onderzoek dat de conclusies van bestaand onderzoek tegenspreekt en de gewenste resultaten voortbrengt. Ook al is natuurlijk niet elke door de branche gefinancierde studie corrupt, onderzoekt toont aan dat de resultaten van door de branche gefinancierd onderzoek meestal gunstig zijn voor hun sponsoren.
Daarom is het financieren van onderzoek zo gebruikelijk: het stuurt het publieke debat in de gewenste richting. Maar soms wordt de oorsprong van onderzoeksfinanciering duidelijk voor het publiek. Zo betaalde de suikerlobby in de jaren zestig Harvard-wetenschappers om een onderzoek uit te voeren dat het verband tussen suikerconsumptie en hartaandoeningen zou afzwakken en de focus naar vetten zou verplaatsen. Het doel was om het beeld van suikerrijke voedingsmiddelen te verbeteren en dat van vetrijke te verslechteren. Zelfs in 2019 publiceerde een groep mondgezondheidsonderzoekers nog een brief in The Lancet waarin ze schreven dat de suikerbranche nog steeds het mondgezondheidsbeleid en professionele organisaties beïnvloedt via goed ontwikkelde bedrijfsstrategieën. Ook de tabakslobby heeft in de vroege jaren 2000 de universiteiten van Genève en Zürich betaald om onderzoek te publiceren dat de schadelijke effecten van tabak op de gezondheid van mensen ontkent.
Er bestaan nog vele voorbeelden, maar ik wil ingaan op een recent onderzoek dat we zelf hebben geanalyseerd. Samen met Lighthouse Reports hebben we een document onderzocht dat was ondertekend door meer dan duizend wetenschappers van over de hele wereld. Het document ‘Dublin Declaration of Scientists on the Societal Role of Livestock’ was voor het eerst gepubliceerd als een manifest in oktober 2022 en later in het wetenschappelijk tijdschrift Animal Frontiers in april 2023. Animal Frontiers is het officiële tijdschrift van de World Association for Animal Production (WAAP) en vier verenigingen voor dierwetenschappen, die het financieren.
Verstrengeling van belangen
De Dublin Declaration is een kort document dat pleit voor de gezondheids-, milieu- en sociale voordelen van de vleesproductie. Het document claimt dat het ‘een stem geeft aan de vele wetenschappers wereldwijd die zorgvuldig, eerlijk en succesvol onderzoek uitvoeren in de verschillende disciplines om een gebalanceerd beeld van de toekomst van de landbouw te tonen.’ Ook beweert het dat vee ‘te dierbaar is voor de maatschappij om het slachtoffer te worden van simplificatie, reductionisme of fanatisme’. Dit document wordt door de lobbygroep van de vleesbranche, bekend als de European Livestock Voice (ELV), beschouwd als het fundament van wetenschappelijk bewijs.
Tijdens een conferentie in de VS eerder dit jaar, zei de leider van de ELV dat de bijna duizend wetenschappers die de verklaring hebben getekend ‘onafhankelijk zijn en niks te maken hebben met de veehouderij’. Toch was die bewering makkelijk te weerleggen. Documenten die zijn verkregen door Unearthed, het journalistieke project van Greanpeace in het Verenigd Koninkrijk, toonden aan dat de oprichting, lancering en promotie van de verklaring belangrijke banden had met de veehouderij en haar adviseurs. En vier van de zes auteurs van de verklaring hadden duidelijke banden met de branche. Het document werd ook publiekelijk gepromoot door de Global Meat Alliance, een door de branche gefinancierde groep, en het PR-bureau Red Flag, dat heeft gewerkt voor het North American Meat Institute en de Amerikaanse National Cattlemen's Beef Association.
Vleeslobbyisten verzetten zich tegen het wetenschappelijk bewijs gebruikt door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA)
Toch hebben meer dan duizend wetenschappers beslist om die verklaring te ondertekenen. En daarom vonden we het een logische stap om te controleren hoeveel van hen verbonden zijn aan de vleesbranche. We waren nieuwsgierig naar de mate van belangenverstrengeling onder de ondertekenaars. Gebaseerd op eerder onderzoek naar de impact van verbonden onderzoek, was onze hypothese dat een wetenschapper eerder een dergelijk document zou ondertekenen als hij of zij verbonden was aan de branche. We beschouwen een wetenschapper als ‘verbonden’ aan de vleesindustrie als diens onderzoek in de laatste vijf jaar enige financiering van de veehouderij heeft gekregen. Of wanneer diegene functies heeft bekleed als voorzitter, adviseur, consultant of andere invloedrijke functies binnen brancheverenigingen. Ons onderzoek toonde aan dat zestig procent van de ondertekenaars verbonden is aan de veehouderij.
Tijdens ons onderzoek naar de achtergrond van de ondertekenaars, viel ons nog iets anders op. Ongeveer dertig procent van hen heeft een achtergrond die irrelevant is voor de beweringen in de verklaring. Ongeveer twee derde van hen zijn dierenartsen die niet per se gefinancierd worden door de branche (slechts tien procent van die dertig procent overlapt met de set brancheverenigingen), maar zij profiteren mogelijk van een bloeiende veehouderij om hun werk te kunnen blijven uitvoeren. Hun handtekeningen wegen dus niet zo zwaar als het gaat om de beweringen over het milieu en de menselijke gezondheid. Dat is alsof niet een cardioloog, maar een gastro-enteroloog je een diagnose over je hart geeft.
Vegan propaganda?
In de hiërarchie van bewijzen wegen andere onderzoeken, gepubliceerd door onafhankelijke wetenschappers in hoog aangeschreven bladen als Nature en Science, aanzienlijk zwaarder. Samen concluderen ze dat vlees een van de grootste bijdragers is aan milieuverontreiniging en klimaatverandering, en dat het verminderen van de vleesconsumptie in rijke landen de beste manier is om de je impact op het milieu te verminderen.
In een paragraaf van de verklaring wordt interessant genoeg toegegeven dat sommige methoden en de schaal van dierproductiesystemen uitdagingen vormen voor de biodiversiteit, klimaatverandering en de stromen van voedingsstoffen, evenals voor de gezondheid en het welzijn van dieren. Maar de algemene boodschap van het document impliceert op geen enkele manier dat de productie moet worden verminderd. Sterker nog, de verklaring zelf is door lobbyisten gebruikt om namens de grote branchespelers te pleiten tegen beleid dat inspeelde op de noodzaak om de vleesconsumptie in EU-landen te verminderen omwille van het milieu en dierenwelzijn. Uit een onderzoek van Lighthouse Reports en The Guardian eerder dit jaar bleek bijvoorbeeld dat vleeslobbyisten zich verzetten tegen het dierenwelzijnspakket en tegen het wetenschappelijk bewijs gebruikt door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA). Op een gegeven moment diende een aantal lobbygroepen een analyse van zestig pagina's in waarin werd gesteld dat een positieve beoordeling van het pakket door de EFSA niet ‘onpartijdig’ was en ‘ernstige wetenschappelijke fouten’ bevatte.
Wetenschappers zeggen niet dat we allemaal vegan moeten worden, maar dat de sector niet kan blijven functioneren zoals nu
De wetenschappelijke beweringen achter de Dublin Declaration worden gebruikt door lobbyisten om zowel beleidsmakers als burgers te beïnvloeden. Aan de beleidsmakers vragen ze: kun je niet zien dat de maatregelen die je neemt gebaseerd zijn op verkeerde, of ten minste twijfelachtige, wetenschap? Aan burgers beloven ze om ‘eindelijk de waarheid’ over vlees uit te leggen, zoals aangegeven staat op de ‘Meatthefacts’-website, opgericht door de European Livestock Voice. De website beweert dat het veeteeltmodel van de EU, dat gebaseerd is op gevarieerde, lokale en familiebedrijven, de ruggengraat vormt voor de landelijke gebieden van Europa.
Hier komen we bij het volgende cruciale punt: dat van representatie. Er bestaan twee heel voordelige kaders die de vleeslobby gebruikt om de uitdagingen waarmee de veeteelt wordt geconfronteerd weer te geven. Het eerste is om over veehouderij te communiceren alsof de beleidsvoorstellen om dierenwelzijn te verbeteren vooral nadelig zijn voor kleinschalige boeren. Maar in feite zouden die beleidsvoorstellen vooral de grootste en rijkste industriële boerderijen en vleesproducenten treffen.
Het tweede voordelige kader is het wegzetten van het bestaande (en veelvoudige) wetenschappelijk bewijs over de impact van de vleesproductie als vegan propaganda. Een interne Copa-Cogeca presentatie die online beschikbaar is, laat zien dat de groep de huidige kritiek op vlees- en melkproducten wegzet als een poging tot ‘het veganizen van de economie.’ Het zet de kritiek ook weg als een langdurige poging om mensen te laten stoppen eten van vlees: ‘De puriteinen van de achttiende eeuw,’ verklaart het document, ‘probeerden al om die producten uit hun dieet te halen.’
Maar wetenschappers verkondigen helemaal niet dat we vlees en zuivel volledig moeten schrappen om de problemen op te lossen. Het zou volstaan om de consumptie ervan te verminderen. Wetenschappelijk onderzoek dat de voordelen van vee op kleine en middelgrote regeneratieve boerderijen aanlevert, groeit. Wetenschappers pleiten dus niet voor de afschaffing van de sector, zeggen niet dat veehouderij absoluut onaanvaardbaar is of dat we allemaal vegan moeten worden. Ze zeggen daarentegen wel dat de sector niet kan blijven functioneren zoals nu, laat staan blijven groeien. Toch spelen lobbyisten in op gepolariseerde debatten. En hoe luider die debatten worden, hoe moeilijker het voor iedereen wordt om de waarheid te achterhalen. Dat is een vorm van wetenschappelijke vertraging die rechtstreeks in het voordeel speelt van lobbygroepen die op de oude voet willen doorgaan. Door wetenschappelijke conclusies in twijfel te trekken, wordt het alleen maar moeilijker om de problemen die de wetenschap heeft geïdentificeerd op de beleidsagenda's van overheden te krijgen.
Ik wil een ander belangrijk punt maken: deze tactieken worden niet alleen gebruikt door de vleesbranche. Ze worden gebruikt door meerdere sectoren. Wat we kunnen leren van dit onderzoek, is dat we niet blindelings kunnen vertrouwen op verslagen en manifesten maar ons moeten baseren op echt onafhankelijke onderzoeken. We moeten altijd voorzichtig zijn als een groep met een specifiek belang, in dit geval vlees verkopen, beweert je eindelijk de waarheid over de sector zal vertellen.
Dit artikel verscheen eerder in FoodUnfolded.
Vertaling: Rani Škrabanja