De pesticiden zijn omstreden omdat ze via nectar bijen schaden. Nu blijkt dat ze via honingdauw, een zoete stof afgescheiden door bladluizen, ook andere nuttige insecten kunnen doden.
Neonicotinoïden zijn de meest gebruikte insecticiden ter wereld. Het zijn zogenoemde systemische insecticiden, die zich doorheen de hele plant verspreiden en insecten doden die van de plant eten. Zo komen ze echter ook in nectar terecht, met schadelijke neveneffecten op bijen en hommels tot gevolg. Een team van Spaanse en Nederlandse onderzoekers meldt nu in PNAS dat ze via honingdauw ook in andere nuttige insecten belanden.
Honingdauw is een zoete, nectar-achtige vloeistof die onder meer wordt afgescheiden door verschillende soorten blad- en wolluizen. Ze is bij diverse insectensoorten zeer geliefd als voedsel. De onderzoekers behandelden citrusboompjes met de neonicotinoïden imidacloprid en thiametoxam. Ze stelden vast de stoffen voorkwamen in de honingdauw van wolluizen die zich met het sap van de planten voedden.
De honingdauw bleek dodelijk voor zweefvliegen en sluipwespen die ervan aten. Vooral honingdauw met thiametoxam bleek erg giftig voor beide soorten nuttige insecten. Ruim 60 procent van de sluipwespen legde binnen de drie dagen het loodje. Bij de zweefvliegen liep de sterfte op tot bijna 75 procent (na behandeling van de bodem) en zelfs 100 procent (na bespuiten van de bladeren). De sterfte na behandeling met imidacloprid was bij beide insecten minder hoog, maar wel hoger dan in een controlegroep.
Uitzonderingen op de helling?
Volgens de onderzoekers is het aannemelijk dat met neonicotinoïden besmette honingdauw vaak voorkomt, aangezien de middelen vaak worden gebruikt op gewassen waarop insecten leven die honingdauw produceren. De wetenschappers vermoeden dat het effect van de pesticiden daardoor nog groter is dan gedacht. ‘Want in tegenstelling tot nectar, die enkel beschikbaar is wanneer gewassen bloeien, is honingdauw veel langer als voedselbron aanwezig’, zegt auteur Marcel Dicke (Wageningen Universiteit)
Het gebruik van de onderzochte insecticiden is in de Europese Unie al verboden op gewassen in open lucht. Uitzondering zijn nog mogelijk. Ons land verkreeg zo’n uitzondering voor bieten, wortelen en sla. ‘Neonicotinoïden worden nog toegestaan in sommige niet-bloeiende gewassen’, zegt Dicke. ‘Het idee was dat ze dan immers niet via nectar in nuttige insecten terecht kunnen komen. Nu blijkt dat ze ook via honingdauw gevaarlijk kunnen zijn, wordt dat argument ontkracht.’
Dicke en zijn collega’s pleiten ervoor om met die nieuwe blootstellingsroute rekening te houden bij de evaluatie van de risico’s en op zoek te gaan naar meer gerichte manieren om gewassen te beschermen.